Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. herumziehen:
  2. Wiktionary:


German

Detailed Translations for herumziehen from German to Dutch

herumziehen:

herumziehen verb

  1. herumziehen (herumwandern; umherziehen)
    rondtrekken
    • rondtrekken verb (trek rond, trekt rond, trok rond, trokken rond, rondgetrokken)

Translation Matrix for herumziehen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
rondtrekken herumwandern; herumziehen; umherziehen

Synonyms for "herumziehen":


Wiktionary Translations for herumziehen:

herumziehen
verb
  1. zonder duidelijk doel van de ene plaats naar de andere gaan

Cross Translation:
FromToVia
herumziehen zwerven; rondtrekken wander — to move without purpose or destination