Summary
English
Detailed Translations for overspread from English to Dutch
overspread: (*Using Word and Sentence Splitter)
- over: over; overheen; uit; klaar; afgelopen; af; voltooid; geëindigd; afgedaan; beëindigd; gepleegd; voorbij; gepasseerd; boven; bovenop; erboven; gedaan; gereed; gaar; doorgekookt; omver
- spread: verspreiden; uitzenden; verdeler; uitzaaien; verbreiden; rondstrooien; verbreider; verstrooien; spreiden; uitdragen; verkondigen; een boodschap uitdragen; gespreid; uitspreiden; klaar leggen; verwijden; wijder maken; uitwrijven; voortwoekeren; zich verder verspreiden; banket; feestmaal; feestdiner; smulpartij; spreiding; beleg; broodbeleg
overspread:
Translation Matrix for overspread:
| Verb | Related Translations | Other Translations |
| - | spread |
Synonyms for "overspread":
Related Definitions for "overspread":
Wiktionary Translations for overspread:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • overspread | → bedekken | ↔ bedecken — auf etwas liegen |