Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate automatisch

Translate automatisch from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

automatisch:
- mechanisch; maschinell; automatisch; selbsttätig; zwangsläufig; routinemäßig; unwillkürlich; ohne nachdenken
Wiktionary:
- automatisch → automatisch, selbsttätig
- automatisch → automatisch, Maschinen-, selbsttättig, zwangsläufig, unwillkürlich, mechanisch, Automatik-, Automaten-, Repetier-, Selbstlade-

Dutch

Detailed Translations for automatisch from Dutch to German

automatisch:

automatisch adj

automatisch (machinaal)
mechanisch; maschinell
- mechanisch adj
- maschinell adj
automatisch (zelfwerkend)
automatisch; selbsttätig
- automatisch adj
- selbsttätig adj
automatisch (vanzelfsprekend)
automatisch; selbsttätig; zwangsläufig; routinemäßig; mechanisch; unwillkürlich
- automatisch adj
- selbsttätig adj
- zwangsläufig adj
- routinemäßig adj
- mechanisch adj
- unwillkürlich adj
automatisch (zonder erbij te denken; werktuiglijk)
ohne nachdenken; mechanisch
- ohne nachdenken adj
- mechanisch adj
automatisch
automatisch
- automatisch adj

Translation Matrix for automatisch:

Adjective	Related Translations	Other Translations
automatisch	automatisch; vanzelfsprekend; zelfwerkend
Modifier	Related Translations	Other Translations
maschinell	automatisch; machinaal	machinaal; mechanisch; met machines
mechanisch	automatisch; machinaal; vanzelfsprekend; werktuiglijk; zonder erbij te denken	machinaal; mechanisch; met machines; werktuigkundig
ohne nachdenken	automatisch; werktuiglijk; zonder erbij te denken
routinemäßig	automatisch; vanzelfsprekend	routinematig; routineus
selbsttätig	automatisch; vanzelfsprekend; zelfwerkend
unwillkürlich	automatisch; vanzelfsprekend	niet willekeurig; onbewust; onopzettelijk; onwillekeurig
zwangsläufig	automatisch; vanzelfsprekend	onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk

Related Words for "automatisch":

automatische

Wiktionary Translations for automatisch:

automatisch

adjective

niet bestuurd door de hand van de mens
- automatisch → automatisch
vanzelfgaand
- automatisch → automatisch
gedachteloos
- automatisch → automatisch

automatisch

adjective

von selbst funktionierend; ohne Zutun wirkend
- selbsttätig → zelfwerkzaam; automatisch

Cross Translation:

From	To	Via
• automatisch	→ automatisch	↔ automatic — capable of operating without external control
• automatisch	→ automatisch	↔ automatic — acting without conscious thought
• automatisch	→ Maschinen-; automatisch	↔ automatic — describing a firearm which fires continuously
• automatisch	→ automatisch; selbsttättig; zwangsläufig; unwillkürlich; mechanisch; Automatik-; Automaten-; Repetier-; Selbstlade-	↔ automatique — physiologie\|fr médecine\|fr Qui s’exécuter sans la participation de la volonté.