Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. dof maken:


Dutch

Detailed Translations for dof maken from Dutch to German

dof maken:

dof maken verb (maak dof, maakt dof, maakte dof, maakten dof, dof gemaakt)

  1. dof maken
    trüben
    • trüben verb (trübe, trübst, trübt, trübte, trübtet, getrübt)

Conjugations for dof maken:

o.t.t.
  1. maak dof
  2. maakt dof
  3. maakt dof
  4. maken dof
  5. maken dof
  6. maken dof
o.v.t.
  1. maakte dof
  2. maakte dof
  3. maakte dof
  4. maakten dof
  5. maakten dof
  6. maakten dof
v.t.t.
  1. heb dof gemaakt
  2. hebt dof gemaakt
  3. heeft dof gemaakt
  4. hebben dof gemaakt
  5. hebben dof gemaakt
  6. hebben dof gemaakt
v.v.t.
  1. had dof gemaakt
  2. had dof gemaakt
  3. had dof gemaakt
  4. hadden dof gemaakt
  5. hadden dof gemaakt
  6. hadden dof gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal dof maken
  2. zult dof maken
  3. zal dof maken
  4. zullen dof maken
  5. zullen dof maken
  6. zullen dof maken
o.v.t.t.
  1. zou dof maken
  2. zou dof maken
  3. zou dof maken
  4. zouden dof maken
  5. zouden dof maken
  6. zouden dof maken
en verder
  1. is dof gemaakt
  2. zijn dof gemaakt
diversen
  1. maak dof!
  2. maakt dof!
  3. dof gemaakt
  4. dof makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for dof maken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
trüben dof maken troebel maken; vertroebelen

Related Translations for dof maken