Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. iem. afdwingen:


Dutch

Detailed Translations for iem. afdwingen from Dutch to German

iem. afdwingen:

iem. afdwingen verb

  1. iem. afdwingen (onttrekken; ontrukken)
    entziehen; abtrennen; ausladen; entreißen
    • entziehen verb (entziehe, entziehst, entzieht, entzog, entzogt, entzogen)
    • abtrennen verb (trenne ab, trennst ab, trennt ab, trennte ab, trenntet ab, abgetrennt)
    • ausladen verb (lade aus, lädst aus, lädt aus, lud aus, ludet aus, ausgeladen)
    • entreißen verb (entreiße, entreißes, entreißt, entriß, entrißt, entrissen)

Translation Matrix for iem. afdwingen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
abtrennen iem. afdwingen; ontrukken; onttrekken afhaken; afrukken; afscheiden; afscheuren; afsplijten; afsplitsen; afvallen; afzeggen; afzien van; afzonderen; eruitstappen; isoleren; loskrijgen; losmaken; lostornen; opgeven; ophouden; stoppen; tornen; uithalen; uittrekken
ausladen iem. afdwingen; ontrukken; onttrekken afladen; iets uitladen; lossen; ontladen; uitladen
entreißen iem. afdwingen; ontrukken; onttrekken
entziehen iem. afdwingen; ontrukken; onttrekken

Related Translations for iem. afdwingen