Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. toegewijd:
  2. toewijden:
  3. Wiktionary:
  4. User Contributed Translations for toegewijd:
    • commited, comitted


Dutch

Detailed Translations for toegewijd from Dutch to English

toegewijd:

toegewijd adj

  1. toegewijd

Translation Matrix for toegewijd:

NounRelated TranslationsOther Translations
zeal activiteit; arbeid; bedrijvigheid; bezetenheid; bezigheid; drift; elan; gloed; hartstocht; ijver; ijverigheid; naarstigheid; nijverheid; noestigheid; obsessie; passie; pit; vlam; vlijt; vlijtigheid; vuur; werklust; werkzaamheid
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
assiduous toegewijd bedreven; naarstig; noest; onvermoeibaar; verwoed
committed toegewijd gebonden; gedwongen; geforceerd; niet vrij; obligaat; obligatoir; onvrij; onvrijwillig; vereist; verplicht
dedicated toegewijd toegedaan
devoted toegewijd aanhankelijk; gehecht; toegedaan; verknocht
diligent toegewijd arbeidzaam; bedreven; naarstig; noest; onvermoeibaar; verwoed
ModifierRelated TranslationsOther Translations
zeal toegewijd

Related Words for "toegewijd":

  • toegewijde

Wiktionary Translations for toegewijd:

toegewijd
adjective
  1. performing with intense concentration, focus, responsible regard
  2. devoted, loyal, conscientious
  3. obligated by a pledge to some course of action

toewijden:

toewijden verb (wijd toe, wijdt toe, wijdde toe, wijdden toe, toegewijd)

  1. toewijden
    to dedicate; to devote
    • dedicate verb (dedicates, dedicated, dedicating)
    • devote verb (devotes, devoted, devoting)

Conjugations for toewijden:

o.t.t.
  1. wijd toe
  2. wijdt toe
  3. wijdt toe
  4. wijden toe
  5. wijden toe
  6. wijden toe
o.v.t.
  1. wijdde toe
  2. wijdde toe
  3. wijdde toe
  4. wijdden toe
  5. wijdden toe
  6. wijdden toe
v.t.t.
  1. ben toegewijd
  2. bent toegewijd
  3. is toegewijd
  4. zijn toegewijd
  5. zijn toegewijd
  6. zijn toegewijd
v.v.t.
  1. was toegewijd
  2. was toegewijd
  3. was toegewijd
  4. waren toegewijd
  5. waren toegewijd
  6. waren toegewijd
o.t.t.t.
  1. zal toewijden
  2. zult toewijden
  3. zal toewijden
  4. zullen toewijden
  5. zullen toewijden
  6. zullen toewijden
o.v.t.t.
  1. zou toewijden
  2. zou toewijden
  3. zou toewijden
  4. zouden toewijden
  5. zouden toewijden
  6. zouden toewijden
diversen
  1. wijd toe!
  2. wijdt toe!
  3. toegewijd
  4. toeeijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for toewijden:

VerbRelated TranslationsOther Translations
dedicate toewijden bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; opdragen; verordenen; verordonneren
devote toewijden bevelen; commanderen; decreteren; gebieden; gelasten; opdragen; verordenen; verordonneren
ModifierRelated TranslationsOther Translations
devote bemind; dierbaar; geliefd; lief; toegenegen

Wiktionary Translations for toewijden:

toewijden
verb
  1. to commit oneself for a certain matter

Cross Translation:
FromToVia
toewijden devote adonner — S’appliquer
toewijden dedicate; devote dédier — (religion) consacrer au culte divin.