Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. de weg kwijtraken:


Dutch

Detailed Translations for de weg kwijtraken from Dutch to English

de weg kwijtraken:

de weg kwijtraken verb (raak de weg kwijt, raakt de weg kwijt, raakte de weg kwijt, raakten de weg kwijt, de weg kwijtgeraakt)

  1. de weg kwijtraken (verdwalen; verkeerd gaan; verkeerd lopen)
    to get lost; to go astray
    • get lost verb (gets lost, got lost, getting lost)
    • go astray verb (goes astray, went astray, going astray)

Conjugations for de weg kwijtraken:

o.t.t.
  1. raak de weg kwijt
  2. raakt de weg kwijt
  3. raakt de weg kwijt
  4. raken de weg kwijt
  5. raken de weg kwijt
  6. raken de weg kwijt
o.v.t.
  1. raakte de weg kwijt
  2. raakte de weg kwijt
  3. raakte de weg kwijt
  4. raakten de weg kwijt
  5. raakten de weg kwijt
  6. raakten de weg kwijt
v.t.t.
  1. ben de weg kwijtgeraakt
  2. bent de weg kwijtgeraakt
  3. is de weg kwijtgeraakt
  4. zijn de weg kwijtgeraakt
  5. zijn de weg kwijtgeraakt
  6. zijn de weg kwijtgeraakt
v.v.t.
  1. was de weg kwijtgeraakt
  2. was de weg kwijtgeraakt
  3. was de weg kwijtgeraakt
  4. waren de weg kwijtgeraakt
  5. waren de weg kwijtgeraakt
  6. waren de weg kwijtgeraakt
o.t.t.t.
  1. zal de weg kwijtraken
  2. zult de weg kwijtraken
  3. zal de weg kwijtraken
  4. zullen de weg kwijtraken
  5. zullen de weg kwijtraken
  6. zullen de weg kwijtraken
o.v.t.t.
  1. zou de weg kwijtraken
  2. zou de weg kwijtraken
  3. zou de weg kwijtraken
  4. zouden de weg kwijtraken
  5. zouden de weg kwijtraken
  6. zouden de weg kwijtraken
diversen
  1. raak de weg kwijt!
  2. raakt de weg kwijt!
  3. de weg kwijtgeraakt
  4. de weg kwijtrakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for de weg kwijtraken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
get lost de weg kwijtraken; verdwalen; verkeerd gaan; verkeerd lopen bekijken; dood kunnen vallen; erbij inschieten; inrukken; kwijtraken; opdonderen; opflikkeren; ophoepelen; opkrassen; oplazeren; oprotten; verliezen; verloren gaan; wegraken; zoek raken; zoekraken
go astray de weg kwijtraken; verdwalen; verkeerd gaan; verkeerd lopen inrukken; opdonderen; ophoepelen; opkrassen; oplazeren
ModifierRelated TranslationsOther Translations
get lost ongerede

Related Translations for de weg kwijtraken