Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. gedag zeggen:


Dutch

Detailed Translations for gedag zeggen from Dutch to English

gedag zeggen:

gedag zeggen verb

  1. gedag zeggen (groeten; begroeten)
    to hail; to bid welcome; to welcome
    • hail verb (hails, hailed, hailing)
    • bid welcome verb (bids welcome, bidding welcome)
    • welcome verb (welcomes, welcomed, welcoming)

Translation Matrix for gedag zeggen:

NounRelated TranslationsOther Translations
welcome begroeting; borrel; groet; informele receptie; instuif; receptie; saluut; verwelkoming; welkom; welkomstgroet; welkomstgroeten
VerbRelated TranslationsOther Translations
bid welcome begroeten; gedag zeggen; groeten verwelkomen; welkom heten
hail begroeten; gedag zeggen; groeten aanroepen; hagelen; praaien; verwelkomen; welkom heten
welcome begroeten; gedag zeggen; groeten binnenhalen; onthalen; ontvangen; vergasten; verwelkomen; welkom heten
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
welcome geziene; welkom; welkome
OtherRelated TranslationsOther Translations
welcome welkom

Related Translations for gedag zeggen