Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. stileren:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for stileren from Dutch to Spanish

stileren:

stileren verb (stileer, stileert, stileerde, stileerden, gestileerd)

  1. stileren

Conjugations for stileren:

o.t.t.
  1. stileer
  2. stileert
  3. stileert
  4. stileren
  5. stileren
  6. stileren
o.v.t.
  1. stileerde
  2. stileerde
  3. stileerde
  4. stileerden
  5. stileerden
  6. stileerden
v.t.t.
  1. heb gestileerd
  2. hebt gestileerd
  3. heeft gestileerd
  4. hebben gestileerd
  5. hebben gestileerd
  6. hebben gestileerd
v.v.t.
  1. had gestileerd
  2. had gestileerd
  3. had gestileerd
  4. hadden gestileerd
  5. hadden gestileerd
  6. hadden gestileerd
o.t.t.t.
  1. zal stileren
  2. zult stileren
  3. zal stileren
  4. zullen stileren
  5. zullen stileren
  6. zullen stileren
o.v.t.t.
  1. zou stileren
  2. zou stileren
  3. zou stileren
  4. zouden stileren
  5. zouden stileren
  6. zouden stileren
en verder
  1. ben gestileerd
  2. bent gestileerd
  3. is gestileerd
  4. zijn gestileerd
  5. zijn gestileerd
  6. zijn gestileerd
diversen
  1. stileer!
  2. stileert!
  3. gestileerd
  4. stilerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for stileren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
estilizar stileren

Wiktionary Translations for stileren:


Cross Translation:
FromToVia
stileren estilizar stilisierenvereinfachen, vereinfachend darstellen
stileren redactar rédigermettre par écrit, en bon ordre, dans un style clair et convenable, des lois, des règlements, des décisions, des résolutions prises dans une assemblée, ou les matériaux d’un ouvrage, ou les idées fournir en commun pour quelque écrire