Dutch

Detailed Translations for drukbezet from Dutch to Spanish

drukbezet:


Translation Matrix for drukbezet:

NounRelated TranslationsOther Translations
activo actieve vorm; activa; activum; bedrijvende vorm
vivo vluggerd
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
activo bezet; druk; drukbezet actief; arbeidend; arbeidzaam; bedrijvig; beweeglijk; bezig; druk; dynamisch; energiek; geagiteerd; krachtig; levendig; met een krachtige uitwerking; nijver; verhit; werkend; werkzaam
ocupado bezet; druk; drukbezet bezet; onledig
ModifierRelated TranslationsOther Translations
agitado bezet; druk; drukbezet bewogen; geagiteerd; gehaast; gejaagd; geprikkeld; gestressed; geërgerd; geïrriteerd; haastig; hard; hardop; hectisch; heftig; jachtig; joelend; levendig; luid; onbeheerst; ongedurig; onrustig; onstuimig; roerig; rusteloos; schreeuwend; turbulent; veelbewogen; verhit; woelig
alegre bezet; druk; drukbezet bevredigd; blij; blijgeestig; blijgestemd; blijmoedig; dartel; fideel; fleurig; frivool; geagiteerd; geestig; genoeg; goed geluimd; goedgehumeurd; goedgeluimd; goedlachs; heugelijk; heuglijk; hooggekleurd; hups; jolig; kleurig; kleurrijk; kwiek; levendig; levenslustig; lichtzinnig; losbandig; losjes; luchthartig; luchtig; lustig; monter; opgeruimd; opgetogen; opgewekt; speels; tevreden; tierig; uitgelaten; verblijd; verblijdend; vergenoegd; verheugd; verhit; verzadigd; voldaan; vrolijk; wakker; welgemoed; welgestemd; wuft; zonnig
animado bezet; druk; drukbezet actief; bedrijvig; beweeglijk; bezig; blij; blijgestemd; blijmoedig; druk; drukpratend; dynamisch; energiek; geagiteerd; geanimeerd; goed geluimd; goedgehumeurd; goedgeluimd; levendig; opgekikkerd; opgeknapt; opgemonterd; opgetogen; opgevrolijkt; opgewekt; verhit; vief; vol fut; vrolijk; welgemoed; welgestemd
ardiente bezet; druk; drukbezet brandend; fel; fervent; fonkelend; geagiteerd; gepassioneerd; gloeiend; hartstochtelijk; heetbloedig; heethoofdig; heftig; hevig; levendig; met hevige passie; roodgloeiend; soppig; verhit; vurig; warm
atareado bezet; druk; drukbezet
de buen humor bezet; druk; drukbezet blij; blijmoedig; dartel; gelukkig gestemd; goed geluimd; goedgehumeurd; goedgeluimd; goedgezind; gunstig gezind; levendig; levenslustig; monter; opgetogen; opgewekt; tierig; vrolijk; welgemoed; welgestemd; welgezind
despierto bezet; druk; drukbezet ad rem; adrem; behendig; bekwaam; bij de pinken; bijdehand; clever; geagiteerd; gehaaid; geniaal; geslepen; gevat; gewiekst; goochem; handig; kien; kundig; leep; levendig; loos; pienter; raak; schrander; slagvaardig; slim; sluw; snedig; spits; uitgekookt; uitgeslapen; vaardig; verhit; vernuftig; wakker; zoekgeraakt
festivo bezet; druk; drukbezet feestelijk
frecuente bezet; druk; drukbezet dikwijls; frequent; geregeld; herhaald; meermaals; menigmaal; met vast ritme; regelmatig; vaak; veel; veelvuldig
intenso bezet; druk; drukbezet beslist; besluitvaardig; bitter teleurgesteld; diep; diepgevoeld; doordringend; felle; gedecideerd; grimmig; heftig; hevig; indringend; innig; intens; intensief; kordaat; nijpend; onbeheerst; onderdrukt; onstuimig; opgekropt; resoluut; schel klinkend; scherp; smartelijk; vastberaden; verbeten; verbitterd; verkropt
prolífero bezet; druk; drukbezet
recargado bezet; druk; drukbezet
vigoroso bezet; druk; drukbezet breed; daadkrachtig; dapper; doortastend; drastisch; dynamisch; energiek; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; groot; intens; intensief; krachtdadig; krachtig; massief; met een krachtige uitwerking; moedig; moreel sterk; potig; robuust; sterk; stevig; struis; uit de kluiten gewassen; zwaar; zwaargebouwd
vivo bezet; druk; drukbezet achterbaks; actief; adrem; berekenend; bevredigd; beweeglijk; bij de pinken; bijdehand; bitter teleurgesteld; blij; blijgestemd; blijmoedig; clever; doortrapt; dynamisch; energiek; felle; fleurig; geagiteerd; gebloemd; gehaaid; gemeen; geniepig; genoeg; geraffineerd; geslepen; gevat; gewiekst; gis; gluiperig; goedgehumeurd; goedgeluimd; goochem; in leven; kien; kittig; kleurrijk; leep; levend; levendig; listig; ongeblust; opgetogen; opgewekt; pienter; raak; schrander; slim; slinks; sluw; snedig; snood; spits; stiekem; tevreden; uitgekookt; uitgeslapen; verbitterd; vergenoegd; verhit; verzadigd; voldaan; vrolijk; welgemoed; welgestemd