Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. een onderscheidingsteken geven:


Dutch

Detailed Translations for een onderscheidingsteken geven from Dutch to Spanish

een onderscheidingsteken geven:

een onderscheidingsteken geven verb

  1. een onderscheidingsteken geven (decoreren; onderscheiden; ridderen)

Translation Matrix for een onderscheidingsteken geven:

NounRelated TranslationsOther Translations
adornar opluisteren; opschikken; opsieren; optuigen; tooien; versieren
VerbRelated TranslationsOther Translations
adornar decoreren; een onderscheidingsteken geven; onderscheiden; ridderen afwerken; garneren; gladmaken; gladwrijven; opdirken; opdoffen; opmaken; opschikken; opsieren; opsmukken; optooien; optuigen; optutten; schotels garneren; tooien; uitdossen; verfraaien; verluchten; versieren; zich mooi maken; zich uitdossen; zich uitmonsteren
calzar la espuela decoreren; een onderscheidingsteken geven; onderscheiden; ridderen
decorar decoreren; een onderscheidingsteken geven; onderscheiden; ridderen aankleden; afwerken; bekleden; decoreren; garneren; opmaken; opsmukken; optooien; overtrekken; schotels garneren; stofferen; van bekleding voorzien; versieren; versieringen aanbrengen; zich uitdossen; zich uitmonsteren
destacarse decoreren; een onderscheidingsteken geven; onderscheiden; ridderen aanschouwen; afsteken; bekijken; een ereteken geven; eruit springen; gewaarworden; in het oog lopen; kijken; naar de vijand overlopen; onderscheiden; ontwaren; opmerken; opvallen; staren; te zien krijgen; turen; uitspringen; uitsteken; van elkaar onderscheiden; zien
diferenciar decoreren; een onderscheidingsteken geven; onderscheiden; ridderen aanschouwen; bekijken; differentiëren; een ereteken geven; kijken; onderscheid maken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; schelen; staren; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; van elkaar onderscheiden; verschil maken; verschillen; zien
discernir decoreren; een onderscheidingsteken geven; onderscheiden; ridderen aanschouwen; bekijken; een ereteken geven; gewaarworden; kijken; onderscheid maken; onderscheiden; ontwaren; opmerken; staren; te zien krijgen; turen; uit elkaar houden; uiteenhouden; zien

Related Translations for een onderscheidingsteken geven