Dutch

Detailed Translations for ontaarden from Dutch to French

ontaarden:

ontaarden verb (ontaard, ontaardt, ontaardde, ontaardden, ontaard)

  1. ontaarden (degenereren; achteruitgaan; verworden; verderven)
    dégénérer; se corrompre; s'abâtardir
    • dégénérer verb (dégénère, dégénères, dégénérons, dégénérez, )
  2. ontaarden (uitlopen op)
    dégénérer; se prolonger; se dégrader; déboucher sur; se terminer en
    • dégénérer verb (dégénère, dégénères, dégénérons, dégénérez, )

Conjugations for ontaarden:

o.t.t.
  1. ontaard
  2. ontaardt
  3. ontaardt
  4. ontaarden
  5. ontaarden
  6. ontaarden
o.v.t.
  1. ontaardde
  2. ontaardde
  3. ontaardde
  4. ontaardden
  5. ontaardden
  6. ontaardden
v.t.t.
  1. ben ontaard
  2. bent ontaard
  3. is ontaard
  4. zijn ontaard
  5. zijn ontaard
  6. zijn ontaard
v.v.t.
  1. was ontaard
  2. was ontaard
  3. was ontaard
  4. waren ontaard
  5. waren ontaard
  6. waren ontaard
o.t.t.t.
  1. zal ontaarden
  2. zult ontaarden
  3. zal ontaarden
  4. zullen ontaarden
  5. zullen ontaarden
  6. zullen ontaarden
o.v.t.t.
  1. zou ontaarden
  2. zou ontaarden
  3. zou ontaarden
  4. zouden ontaarden
  5. zouden ontaarden
  6. zouden ontaarden
diversen
  1. ontaard!
  2. ontaardt!
  3. ontaard
  4. ontaardend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

ontaarden [znw.] noun

  1. ontaarden (gedegenereerden)
    le dénaturés; la dégénérées; le dégénérés

Translation Matrix for ontaarden:

NounRelated TranslationsOther Translations
dégénérées gedegenereerden; ontaarden
dégénérés gedegenereerden; ontaarden
dénaturés gedegenereerden; ontaarden
VerbRelated TranslationsOther Translations
déboucher sur ontaarden; uitlopen op
dégénérer achteruitgaan; degenereren; ontaarden; uitlopen op; verderven; verworden achteruitgaan; bederven; degenereren; rotten; verderven; vergaan; verrotten; verworden; wegrotten
s'abâtardir achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden
se corrompre achteruitgaan; degenereren; ontaarden; verderven; verworden achteruitgaan; degenereren; verbasteren; verderven; vervormen; verworden
se dégrader ontaarden; uitlopen op achteruitgaan; afdrijven; degenereren; verderven; verliederlijken; verlijeren; verloederen; verslonzen; verworden; wraken
se prolonger ontaarden; uitlopen op avanceren; doorlopen; verder lopen; verdergaan; voortgaan
se terminer en ontaarden; uitlopen op

Wiktionary Translations for ontaarden:

ontaarden
verb
  1. overgaan in iets verkeerds
ontaarden
verb
  1. altérer de façon à faire dégénérer par un mélange génétique.