Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. ontslag:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for ontslag from Dutch to French

ontslag:

ontslag [het ~] noun

  1. het ontslag (ontslaan van werknemers; uitstoot)
    la démission; le congé
  2. het ontslag
    le licenciement

Translation Matrix for ontslag:

NounRelated TranslationsOther Translations
congé ontslaan van werknemers; ontslag; uitstoot congé; huuropzegging; snipperdag; vakantie; verlof; verlofjaar; verloftijd
démission ontslaan van werknemers; ontslag; uitstoot aftreden; aftreding; onttrekken; onttrekking; terugtreding; uittreding; vertrekken; weggaan
licenciement ontslag afdanken; afschaffen; ontslaan; uit de dienst ontslaan

Related Words for "ontslag":

  • ontslagen

Related Definitions for "ontslag":

  1. het naar huis mogen gaan1
    • de vrouw werd uit het ziekenhuis ontslagen1
  2. het zeggen dat iemand niet meer voor je mag werken1
    • de man kreeg ontslag1

Wiktionary Translations for ontslag:

ontslag
Cross Translation:
FromToVia
ontslag limogeage dismissal — deprivation of office

Related Translations for ontslag