Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. opgaaf:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for opgaaf from Dutch to French

opgaaf:

opgaaf [de ~] noun

  1. de opgaaf (opgave; vraagstuk; kwestie; zwaarte; probleem)
    la tâche; le dilemme; la tâche scolaire; le problème; la question
  2. de opgaaf (lijst van gegevens; staat; overzicht; )
    la liste

Translation Matrix for opgaaf:

NounRelated TranslationsOther Translations
dilemme kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte dilemma
liste lijst; lijst van gegevens; opgaaf; opgave; overzicht; staat; staatje index; inhoud; inhoudsopgave; lijst; opnoeming; opsomming; register; staat; tabel; tafel
problème kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aangelegenheid; affaire; complicatie; geval; gezichtshoek; gezichtspunt; ingewikkeldheid; interpellatie; invalshoek; issue; kwestie; moeilijkheid; oogpunt; perspectief; probleem; probleemgeval; probleemstelling; punt; standpunt; stelling; verhandeling; vraag; vraagstelling; vraagstuk; werkstuk; zaak; zienswijs
question kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aangelegenheid; affaire; casus; geval; gezichtshoek; gezichtspunt; ingewikkeldheid; interpellatie; invalshoek; issue; kwestie; kwesties; moeilijkheid; oogpunt; perspectief; probleem; probleemstelling; problematiek; problemen; punt; standpunt; stelling; verhandeling; vraag; vraagstelling; vraagstuk; werkstuk; zaak; zienswijs
tâche kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte aanvraag; arbeid; contract; ingewikkeldheid; job; karwei; karweitje; klusje; moeilijkheid; probleem; taak; verhandeling; werkstuk
tâche scolaire kwestie; opgaaf; opgave; probleem; vraagstuk; zwaarte

Wiktionary Translations for opgaaf: