Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. bonus:


Dutch

Detailed Translations for bonus from Dutch to Swedish

bonus:

bonus [de ~ (m)] noun

  1. de bonus (tantième; toeslag; premie; extraatje)
    bonus

Translation Matrix for bonus:

NounRelated TranslationsOther Translations
bonus bonus; extraatje; premie; tantième; toeslag agio's; extra beloning; loonpremie; opcenten; opslagen; premie; tantième; toeslagen; verhogingen; winstdeel

Related Words for "bonus":

  • bonussen