Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. gereedmaken:


Dutch

Detailed Translations for gereedmaken from Dutch to Swedish

gereedmaken:

gereedmaken verb

  1. gereedmaken
    preparera; bereda; förbereda; göra redo
    • preparera verb (preparerar, preparerade, preparerat)
    • bereda verb (beredar, beredde, berett)
    • förbereda verb (förbereder, förberedde, förberett)
    • göra redo verb (gör redo, gjorde redo, gjort redo)

Translation Matrix for gereedmaken:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bereda gereedmaken bereiden; brouwen; iets toebereiden; klaarmaken; prepareren
förbereda gereedmaken alvast neerzetten; bereiden; brouwen; gereed maken; inwerken; klaar leggen; klaarmaken; klaarzetten; prepareren; toebereiden; uitspreiden; voorbereiden; voorbereiden op; voorbereiding treffen; voorbereidingen treffen; voorbewerken; voorwerken
göra redo gereedmaken
preparera gereedmaken aanpassen; geschikt maken; toerusten; uitrusten; zich uitrusten