Dutch

Detailed Translations for loskrijgen from Dutch to Swedish

loskrijgen:

loskrijgen verb (krijg los, krijgt los, kreeg los, kregen los, losgekregen)

  1. loskrijgen (losmaken; scheiden; detacheren; loswerken)
    lösa; befria; frisläppa; släppa; släppa ut
    • lösa verb (löser, löste, löst)
    • befria verb (befriar, befriade, befriat)
    • frisläppa verb (frisläpper, frisläppte, frisläppt)
    • släppa verb (släpper, släppte, släppt)
    • släppa ut verb (släpper ut, släppte ut, släppt ut)
  2. loskrijgen (lostornen; losmaken; uittrekken; uithalen; tornen)
    sno upp; lösa upp; sprätta upp; knäppa upp; spänna av
    • sno upp verb (snor upp, snodde upp, snott upp)
    • lösa upp verb (löser upp, löste upp, löst upp)
    • sprätta upp verb (sprättar upp, sprättade upp, sprättat upp)
    • knäppa upp verb (knäpper upp, knäppte upp, knäppt upp)
    • spänna av verb (spänner av, spände av, spänt av)
  3. loskrijgen (open krijgen)
    öppna
    • öppna verb (öppnar, öppnade, öppnat)

Conjugations for loskrijgen:

o.t.t.
  1. krijg los
  2. krijgt los
  3. krijgt los
  4. krijgen los
  5. krijgen los
  6. krijgen los
o.v.t.
  1. kreeg los
  2. kreeg los
  3. kreeg los
  4. kregen los
  5. kregen los
  6. kregen los
v.t.t.
  1. heb losgekregen
  2. hebt losgekregen
  3. heeft losgekregen
  4. hebben losgekregen
  5. hebben losgekregen
  6. hebben losgekregen
v.v.t.
  1. had losgekregen
  2. had losgekregen
  3. had losgekregen
  4. hadden losgekregen
  5. hadden losgekregen
  6. hadden losgekregen
o.t.t.t.
  1. zal loskrijgen
  2. zult loskrijgen
  3. zal loskrijgen
  4. zullen loskrijgen
  5. zullen loskrijgen
  6. zullen loskrijgen
o.v.t.t.
  1. zou loskrijgen
  2. zou loskrijgen
  3. zou loskrijgen
  4. zouden loskrijgen
  5. zouden loskrijgen
  6. zouden loskrijgen
en verder
  1. ben losgekregen
  2. bent losgekregen
  3. is losgekregen
  4. zijn losgekregen
  5. zijn losgekregen
  6. zijn losgekregen
diversen
  1. krijg los!
  2. krijgt los!
  3. losgekregen
  4. loskrijgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for loskrijgen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
befria detacheren; loskrijgen; losmaken; loswerken; scheiden afhelpen; amnestie verlenen; banen; bevrijden; bevrijden van; emanciperen; in vrijheid stellen; invrijheidstellen; laten gaan; laten lopen; loslaten; losmaken; niet vasthouden; opluchten; van de boeien ontdoen; verlossen; vrijlaten; vrijmaken; vrijvechten
frisläppa detacheren; loskrijgen; losmaken; loswerken; scheiden
knäppa upp loskrijgen; losmaken; lostornen; tornen; uithalen; uittrekken losknopen; ontknopen
lösa detacheren; loskrijgen; losmaken; loswerken; scheiden ontcijferen; ontwarren; oplossen; tot een oplossing brengen; van last bevrijden; verlossen
lösa upp loskrijgen; losmaken; lostornen; tornen; uithalen; uittrekken doorstrepen; in ontbinding verkeren; ontknopen; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; oplossen
släppa detacheren; loskrijgen; losmaken; loswerken; scheiden aan de dijk zetten; afdanken; afhelpen; afsmijten; afstand doen; afvloeien; afwerpen; afzien; afzien van rechtsvervolging; amnestie verlenen; bevrijden van; congé geven; dumpen; eruit gooien; invrijheidstellen; lanceren; laten gaan; laten vallen; loshaken; loslaten; niet vasthouden; op de markt brengen; seponeren; uitgeven; van last bevrijden; van zijn positie verdrijven; verlossen; vrijlaten
släppa ut detacheren; loskrijgen; losmaken; loswerken; scheiden afblazen; ontglippen; ontschieten; ontvallen; per ongeluk zeggen
sno upp loskrijgen; losmaken; lostornen; tornen; uithalen; uittrekken
sprätta upp loskrijgen; losmaken; lostornen; tornen; uithalen; uittrekken
spänna av loskrijgen; losmaken; lostornen; tornen; uithalen; uittrekken ontspannen; relaxen
öppna loskrijgen; open krijgen afrollen; afschroeven; laten openstaan; ontgrendelen; ontrollen; ontsluiten; opendoen; opendraaien; openen; opengooien; openkrijgen; openmaken; openslaan; openwerpen; uitrollen
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
släppa versie
ModifierRelated TranslationsOther Translations
lösa losgemaakt