Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. onwelvoeglijkheid:
  2. onwelvoeglijk:


Dutch

Detailed Translations for onwelvoeglijkheid from Dutch to Swedish

onwelvoeglijkheid:

onwelvoeglijkheid [znw.] noun

  1. onwelvoeglijkheid

Translation Matrix for onwelvoeglijkheid:

NounRelated TranslationsOther Translations
indiskretion onwelvoeglijkheid
oanständighet onwelvoeglijkheid onbehoorlijkheid; onbetamelijkheid; onfatsoen; onfatsoenlijkheid; ongemanierdheid; ongepastheid

Related Words for "onwelvoeglijkheid":


onwelvoeglijk: