Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. volstoppen:


Dutch

Detailed Translations for volstoppen from Dutch to Swedish

volstoppen:

volstoppen verb (stop vol, stopt vol, stopte vol, stopten vol, volgestopt)

  1. volstoppen (volvreten; volproppen; voleten; volschransen)
    göda; proppa i; fullproppa med mat
    • göda verb (gödar, gödat, gödat)
    • proppa i verb (proppar i, proppade i, proppat i)
    • fullproppa med mat verb (fullproppar med mat, fullproppade med mat, fullproppat med mat)

Conjugations for volstoppen:

o.t.t.
  1. stop vol
  2. stopt vol
  3. stopt vol
  4. stoppen vol
  5. stoppen vol
  6. stoppen vol
o.v.t.
  1. stopte vol
  2. stopte vol
  3. stopte vol
  4. stopten vol
  5. stopten vol
  6. stopten vol
v.t.t.
  1. heb volgestopt
  2. hebt volgestopt
  3. heeft volgestopt
  4. hebben volgestopt
  5. hebben volgestopt
  6. hebben volgestopt
v.v.t.
  1. had volgestopt
  2. had volgestopt
  3. had volgestopt
  4. hadden volgestopt
  5. hadden volgestopt
  6. hadden volgestopt
o.t.t.t.
  1. zal volstoppen
  2. zult volstoppen
  3. zal volstoppen
  4. zullen volstoppen
  5. zullen volstoppen
  6. zullen volstoppen
o.v.t.t.
  1. zou volstoppen
  2. zou volstoppen
  3. zou volstoppen
  4. zouden volstoppen
  5. zouden volstoppen
  6. zouden volstoppen
diversen
  1. stop vol!
  2. stopt vol!
  3. volgestopt
  4. volstoppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for volstoppen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
fullproppa med mat voleten; volproppen; volschransen; volstoppen; volvreten
göda voleten; volproppen; volschransen; volstoppen; volvreten bemesten; mesten; vetmesten
proppa i voleten; volproppen; volschransen; volstoppen; volvreten