Summary
German to Dutch:   more detail...
  1. erstechen:
  2. Wiktionary:


German

Detailed Translations for erstechen from German to Dutch

erstechen:

erstechen verb

  1. erstechen (niederstechen; totstechen)
    doodsteken; neersteken; overhoopsteken
    • doodsteken verb (steek dood, steekt dood, stak dood, staken dood, doodgestoken)
    • neersteken verb (steek neer, steekt neer, stak neer, staken neer, neergestoken)
  2. erstechen (penetrieren; durchdringen; lochen; )
    doordringen; penetreren
    • doordringen verb (dring door, dringt door, drong door, drongen door, doorgedrongen)
    • penetreren verb (penetreer, penetreert, penetreerde, penetreerden, gepenetreerd)

Translation Matrix for erstechen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
doodsteken erstechen; niederstechen; totstechen
doordringen durchbohren; durchdringen; durchlöchern; durchstechen; einbrechen; eindringen; einschneiden; erstechen; hineindringen; lochen; penetrieren angelangen; bereichen; davontragen; durchdringen; erreichen; erzielen
neersteken erstechen; niederstechen; totstechen
overhoopsteken erstechen; niederstechen; totstechen
penetreren durchbohren; durchdringen; durchlöchern; durchstechen; einbrechen; eindringen; einschneiden; erstechen; hineindringen; lochen; penetrieren durchbohren; durchdringen; eindringen; einnisten; hereinbrechen; hineindringen; hineinstecken; penetrieren

Synonyms for "erstechen":

  • abstechen; Bauch aufschlitzen; erdolchen; Hals abschneiden

Wiktionary Translations for erstechen:


Cross Translation:
FromToVia
erstechen steken stab — To pierce or wound with pointed object