Dutch

Detailed Translations for gebiedjes from Dutch to German

gebied:

gebied [het ~] noun

  1. het gebied (kavel; perceel; terrein; bouwterrein)
    die Parzelle; Grundstück; die Kavelung; Gebiet; der Fläche; Gelände; der Bereich; der Einsatz; die Ebene; die Häuser; die Baustelle; Baugelände; Haus; der Posten; Bauland; Gebäude; die Einsätze
  2. het gebied (landstreek; plaats; regio; )
    die Landstriche; die Gegend
  3. het gebied (zone; terrein; gordel; territorium; streek)
    Gebiet; die Zone; der Bereich; Gelände; der Bezirk; die Fläche; die Gegend; die Region
  4. het gebied (gewest; provincie; rayon; ressort)
    Gebiet; die Region; der Bereich; der Bezirk
  5. het gebied (provincie; rechtsgebied; rayon; )
    die Provinz; der Bezirk; die Region; Rechtsgebiet; der Ort; der Landstrich; Gebiet; die Gegend; der Bereich; die Zone
  6. het gebied
    die Region
  7. het gebied
  8. het gebied
    der Bereich
  9. het gebied
    die Erweiterung
  10. het gebied (navigatieplaats)

Translation Matrix for gebied:

NounRelated TranslationsOther Translations
Baugelände bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwgrond; bouwterrein; bouwwerk; gebouw; pand
Bauland bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; gebouw; pand
Baustelle bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwgrond; bouwproject; bouwterrein; bouwwerk; gebouw; pand
Bereich bouwterrein; gebied; gewest; gordel; kavel; navigatieplaats; perceel; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone band; bereik; cacheregio; deelvenster; district; draagwijdte; gebiedsdeel; range; realm; regio; reikwijdte; scope; sector; verspreidingsgebied; zoekbereik
Bezirk gebied; gewest; gordel; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone arrondissement; district; erf; gebiedsdeel; grondgebied; rayon; rayon van een bedrijf; rechtsgebied; terrein; territorium
Ebene bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein dimensieniveau; laag; niveau; oppervlak; oppervlakte; peil; plan; stand; vlak; vlakte
Einsatz bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bijdrage; bouwwerk; contributie; devotie; gebouw; genegenheid; ijver; inzet; inzetstuk; lidmaatschapsgeld; overgave; pand; pot; poule; speelgeld; toegewijdheid; toewijding; trouw; zorgzaamheid
Einsätze bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; gebouw; pand
Erweiterung gebied aanbouw; aanhangsel; aanvulling; addendum; appendix; bestandsextensie; bijvoegsel; expansie; expulsie; extensie; groei; het groter worden; supplement; suppletie; toename; toevoeging; toevoegsel; uitbouw; uitbreiding; uitzetten; uitzetting; verbreding; vergroting; verwijding; wijd worden
Fläche bouwterrein; gebied; gordel; kavel; perceel; streek; terrein; territorium; zone bouwwerk; gebouw; oppervlak; oppervlakte; pand; vlak
Gebiet bouwterrein; gebied; gewest; gordel; kavel; perceel; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone bouwwerk; district; erf; gebiedsdeel; gebouw; grondgebied; hoek; kring; kringel; kringvormig; oord; pand; rayon; streek; terrein; territorium
Gebäude bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; gebouw; huis; onroerende goederen; onroerende zaken; pand; perceel; vastgoed
Gegend gebied; gewest; gordel; gouw; landstreek; oord; plaats; provincie; rayon; rechtsgebied; regio; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone hoek; omgeving; omstreek; omtrek; oord; rayon; rayon van een bedrijf; regio; streek
Gelände bouwterrein; gebied; gordel; kavel; perceel; streek; terrein; territorium; zone erf; grondgebied; terrein; territorium
Grundstück bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; erf; gebouw; grondgebied; onroerende goederen; onroerende zaken; pand; terrein; territorium; vastgoed
Haus bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein blok; bouwwerk; complex; gebouw; honk; huis; onroerende goederen; onroerende zaken; pand; perceel; speelgoedblok; vastgoed
Häuser bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; gebouw; huis; onroerende goederen; onroerende zaken; pand; perceel; vastgoed
Kavelung bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein
Landstrich gebied; gewest; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel
Landstriche gebied; gewest; gouw; landstreek; oord; plaats; regio; streek
Ort gebied; gewest; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel buurtschap; dorp; gat; gehucht; locatie; plaats; plaatsbepaling; plek
Parzelle bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; gebouw; pand; perceel
Posten bouwterrein; gebied; kavel; perceel; terrein bouwwerk; gebouw; op wacht staan; pand; schildwacht; wacht; wachter
Provinz gebied; gewest; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel land; platteland; provincie; regio; streek
Rechtsgebiet gebied; gewest; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel departement; jurisdictie; rechtsgebied
Region gebied; gewest; gordel; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone gebiedsdeel; rayon; rayon van een bedrijf; regio; streek
Zone gebied; gewest; gordel; provincie; rayon; rechtsgebied; ressort; rijksonderdeel; streek; terrein; territorium; zone erf; gebiedsdeel; grondgebied; klimaatgordel; luchtstreek; rayon; rayon van een bedrijf; terrein; territorium; zone; zône
- terrein; vlak
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
Fläche gebied
Navigationsort gebied; navigatieplaats
Posten activa

Related Words for "gebied":

  • gebiedje, gebiedjes

Synonyms for "gebied":


Related Definitions for "gebied":

  1. gedeelte van het land, stuk land1
    • het hele gebied stond onder water1
  2. wat bij een vak of hobby hoort1
    • op het gebied van de tuinbouw ben ik een amateur1

Wiktionary Translations for gebied:

gebied
noun
  1. een deel van het aardoppervlak
gebied
noun
  1. ein fachlich begrenztes Gebiet, siehe auch Fachbereich
  2. räumlicher Bereich mit einer bestimmten Ausdehnung, Fläche

Cross Translation:
FromToVia
gebied Gebiet area — particular geographic region
gebied Feld; Gebiet; Bereich field — course of study or domain of knowledge or practice
gebied Gegend; Region; Raum region — any considerable and connected part of a space or surface
gebied Gebiet tract — an area
gebied Adlerhorst; Flächeninhalt; Areal; Fläche; Flächenraum; Grundfläche; Bodenfläche aire — (mathématiques) Quantité positive associée à une surface bornée, plane ou dans l'espace à trois dimensions. Synonyme de superficie.
gebied Bereich; Gebiet; Gegend; Region; Land contrée — géographie|fr certain étendue de pays.
gebied Gegend district — (histoire) France|fr étendue de juridiction, sous l’Ancien-Régime.
gebied Bereich; Gebiet; Gegend; Region région — toponymie‎|fr Vaste territoire ; étendue de pays.
gebied Kugel; Sphäre sphère — géométrie|fr surface dans l’espace à trois dimensions dont tous les points sont situés à une même distance d’un point appelé centre.
gebied Gebiet; Gelände; Territorium territoireétendue de terre plus ou moins précisément délimitée.

External Machine Translations: