Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. belegging:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for belegging from Dutch to Spanish

belegging:

belegging [de ~ (v)] noun

  1. de belegging (investering; geldbelegging)
    la inversión; la imposición

Translation Matrix for belegging:

NounRelated TranslationsOther Translations
imposición belegging; geldbelegging; investering belasting; bepalen; beschikken; forceren; heffing; inlay; inleg; inlegging; inlegsel; kosten; leges; opdringen; oplegging; overheidsbelasting; storting; verordenen; voorschrijven
inversión belegging; geldbelegging; investering inversie; investering; omkering van de woordvolgorde

Wiktionary Translations for belegging:

belegging
noun
  1. geld besteed aan iets waarvan men verwacht dat het later meer waarde zal hebben