Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. dwarsbomen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for dwarsbomen from Dutch to Spanish

dwarsbomen:

dwarsbomen verb (dwarsboom, dwarsboomt, dwarsboomde, dwarsboomden, gedwarsboomd)

  1. dwarsbomen (tegenwerken; dwarsliggen)

Conjugations for dwarsbomen:

o.t.t.
  1. dwarsboom
  2. dwarsboomt
  3. dwarsboomt
  4. dwarsbomen
  5. dwarsbomen
  6. dwarsbomen
o.v.t.
  1. dwarsboomde
  2. dwarsboomde
  3. dwarsboomde
  4. dwarsboomden
  5. dwarsboomden
  6. dwarsboomden
v.t.t.
  1. heb gedwarsboomd
  2. hebt gedwarsboomd
  3. heeft gedwarsboomd
  4. hebben gedwarsboomd
  5. hebben gedwarsboomd
  6. hebben gedwarsboomd
v.v.t.
  1. had gedwarsboomd
  2. had gedwarsboomd
  3. had gedwarsboomd
  4. hadden gedwarsboomd
  5. hadden gedwarsboomd
  6. hadden gedwarsboomd
o.t.t.t.
  1. zal dwarsbomen
  2. zult dwarsbomen
  3. zal dwarsbomen
  4. zullen dwarsbomen
  5. zullen dwarsbomen
  6. zullen dwarsbomen
o.v.t.t.
  1. zou dwarsbomen
  2. zou dwarsbomen
  3. zou dwarsbomen
  4. zouden dwarsbomen
  5. zouden dwarsbomen
  6. zouden dwarsbomen
en verder
  1. ben gedwarsboomd
  2. bent gedwarsboomd
  3. is gedwarsboomd
  4. zijn gedwarsboomd
  5. zijn gedwarsboomd
  6. zijn gedwarsboomd
diversen
  1. dwarsboom!
  2. dwarsboomt!
  3. gedwarsboomd
  4. dwarsbomend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for dwarsbomen:

NounRelated TranslationsOther Translations
contrarrestar afdammen; indammen; tegengaan
dificultar belemmeren; beperken
estorbar belemmeren; beperken
obstaculizar belemmeren; beperken
parar verblijven
VerbRelated TranslationsOther Translations
contrariar dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken dwarszitten; harrewarren; op zijn hart hebben
contrarrestar dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken
dificultar dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken bemoeilijken; hinderen; lastig maken; moeilijker maken; onmogelijk maken; storen; tegengaan; tegenstreven; tegenwerken; verhinderen; weerstreven; zwaarder maken
estorbar dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken bemoeilijken; hinderen; kwaad doen; moeilijker maken; nadelig zijn; onmogelijk maken; schaden; storen; verhinderen; zwaarder maken
hacer la contra dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken
llevar la contraria dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken
malograr dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken achteruitgaan; afbreken; bederven; degenereren; in de war sturen; nekken; ruineren; ruïneren; slopen; verderven; vernielen; vernietigen; verprutsen; verwoesten; verworden; verzieken
obstaculizar dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken barricaderen; belemmeren; beletten; doen mislukken; een stokje steken voor; kazen; tegengaan; tegenstreven; tegenwerken; verhinderen; verijdelen; versperren; voorkomen; voorkómen; weerstreven
parar dwarsbomen; dwarsliggen; tegenwerken afhaken; afkijken; afsluiten; afvallen; afwenden; afwentelen; afweren; afzeggen; afzetten; afzien van; beëindigen; doen stoppen; een einde maken aan; eindigen; ergens zijn; ermee uitscheiden; eruitstappen; halt houden; opgeven; ophouden; pareren; remmen; spieken; staken; stilzetten; stoppen; stopzetten; tegenhouden; tot staan brengen; tot stilstand brengen; uitscheiden; weghouden; weren; zich ophouden

Wiktionary Translations for dwarsbomen:

dwarsbomen
verb
  1. tegenwerken, moeilijkheden geven

Cross Translation:
FromToVia
dwarsbomen frustrar; contrariar thwart — to prevent; to halt; to cause failure