Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. eenmalig:


Dutch

Detailed Translations for eenmalig from Dutch to Spanish

eenmalig:

eenmalig adj

  1. eenmalig (uniek)

Translation Matrix for eenmalig:

NounRelated TranslationsOther Translations
mono aap
OtherRelated TranslationsOther Translations
algún iets; wat
ModifierRelated TranslationsOther Translations
algún eenmalig; uniek een paar; enige; enkele; sommige; wat
mono eenmalig; uniek aardig; afzonderlijk; aimabel; alleenstaand; alleraardigst; allerliefst; apart; bekoorlijk; charmant; dolletjes; dottig; enig; flitsend; gescheiden; hip; leuk; lief; losstaand; modieus; op zich; op zichzelf staand; popperig; schattig; separaat; snel; snoezig; sympathiek; trendy; vertederend; vlot; vrijstaand
por una sola vez eenmalig; uniek

Related Words for "eenmalig":

  • eenmaligheid, eenmalige