Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. jongens:
  2. jongen:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for jongens from Dutch to Spanish

jongens:


jongen:

jongen [de ~ (m)] noun

  1. de jongen (rakker)
    el chico; el golfillo

jongen verb (jong, jongt, jongde, jongden, gejongd)

  1. jongen (werpen; ter wereld brengen)

Conjugations for jongen:

o.t.t.
  1. jong
  2. jongt
  3. jongt
  4. jongen
  5. jongen
  6. jongen
o.v.t.
  1. jongde
  2. jongde
  3. jongde
  4. jongden
  5. jongden
  6. jongden
v.t.t.
  1. heb gejongd
  2. hebt gejongd
  3. heeft gejongd
  4. hebben gejongd
  5. hebben gejongd
  6. hebben gejongd
v.v.t.
  1. had gejongd
  2. had gejongd
  3. had gejongd
  4. hadden gejongd
  5. hadden gejongd
  6. hadden gejongd
o.t.t.t.
  1. zal jongen
  2. zult jongen
  3. zal jongen
  4. zullen jongen
  5. zullen jongen
  6. zullen jongen
o.v.t.t.
  1. zou jongen
  2. zou jongen
  3. zou jongen
  4. zouden jongen
  5. zouden jongen
  6. zouden jongen
diversen
  1. jong!
  2. jongt!
  3. gejongd
  4. jongend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for jongen:

NounRelated TranslationsOther Translations
chico jongen; rakker baasje; dreumes; gast; gozer; heerschap; hummel; jochie; jongetje; kerel; kind; klein jongetje; klein kereltje; klein kind; klein meisje; kleine jongen; kleintje; kleuter; knakker; knul; man; mannetje; mannetjesdier; peuter; sujet; uk; vent; worm; wurm
golfillo jongen; rakker rekel; schoffie; stouterd; straatjongen; straatkind; vandaal; vlegel; vlerk; zwerfjongere
parir jongen krijgen; werpen
VerbRelated TranslationsOther Translations
parir jongen; ter wereld brengen; werpen baren; bevallen; fokken; kalven; kalveren werpen; kweken; opfokken; ter wereld brengen; voortbrengen
traer al mundo jongen; ter wereld brengen; werpen
ModifierRelated TranslationsOther Translations
chico klein; ondermaats; van geringe afmeting

Related Words for "jongen":


Antonyms for "jongen":


Related Definitions for "jongen":

  1. kind van mannelijk geslacht1
    • ze hebben twee kinderen, een jongen en een meisje1

Wiktionary Translations for jongen:

jongen
noun
  1. onvolwassen man

Cross Translation:
FromToVia
jongen varón boy — young male
jongen niño; chico lad — a boy
jongen varón; macho; hombre male — human of masculine sex or gender
jongen muchacho Bube — männliches Kind
jongen muchacho; chico; mozo; joven Jungemännliches Kind
jongen chico; rapaz Knabegehoben, veraltend, süddeutsch: Kind männlichen Geschlechts
jongen chico; muchacho garçon — Jeune homme