Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. onmogelijk maken:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onmogelijk maken from Dutch to Spanish

onmogelijk maken:


Translation Matrix for onmogelijk maken:

NounRelated TranslationsOther Translations
dificultar belemmeren; beperken
estorbar belemmeren; beperken
impedir afhouden; beletten; weerhouden
VerbRelated TranslationsOther Translations
desbaratar hinderen; onmogelijk maken; storen; verhinderen doen mislukken; een stokje steken voor; verijdelen
dificultar hinderen; onmogelijk maken; storen; verhinderen bemoeilijken; dwarsbomen; dwarsliggen; lastig maken; moeilijker maken; tegengaan; tegenstreven; tegenwerken; weerstreven; zwaarder maken
estorbar hinderen; onmogelijk maken; storen; verhinderen bemoeilijken; dwarsbomen; dwarsliggen; kwaad doen; moeilijker maken; nadelig zijn; schaden; tegenwerken; zwaarder maken
frustrar hinderen; onmogelijk maken; storen; verhinderen afvallen; benadelen; doen mislukken; duperen; een stokje steken voor; frustreren; laten zakken; ontgoochelen; tegenvallen; teleurstellen; verhinderen; verijdelen
hacer imposible onmogelijk maken; verhinderen
impedir hinderen; onmogelijk maken; storen; verhinderen afhouden; belemmeren; beletten; ervanaf houden; verhinderen; verijdelen; voorkomen; voorkómen; weerhouden
importunar hinderen; onmogelijk maken; storen; verhinderen aanleiding geven tot; ontrieven; ophitsen; provoceren; uitdagen; uitlokken; zemelen

Wiktionary Translations for onmogelijk maken:


Cross Translation:
FromToVia
onmogelijk maken inutilizar disable — to render unable; to take away the ability

Related Translations for onmogelijk maken