Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. trucks:
  2. truck:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for trucks from Dutch to Spanish

trucks:

trucks [de ~] noun, plural

  1. de trucks (vrachtwagens)

Translation Matrix for trucks:

NounRelated TranslationsOther Translations
camiones de remolque trucks; vrachtwagens

Related Words for "trucks":


trucks form of truck:

truck [de ~ (m)] noun

  1. de truck (vrachtwagen)
    – grote vrachtwagen 1

Translation Matrix for truck:

NounRelated TranslationsOther Translations
camión con plataforma truck; vrachtwagen

Related Words for "truck":


Related Definitions for "truck":

  1. grote vrachtwagen1
    • er ging een truck met levensmiddelen naar Zambia1

Wiktionary Translations for truck:

truck
noun
  1. vrachtauto waarvan de aanhangwagen op een draaibaar onderstel zit
  2. het zelfrijdende deel van een vrachtwagen-opleggercombinatie