Dutch

Detailed Translations for verwarrend from Dutch to French

verwarren:

verwarren verb (verwar, verwart, verwarde, verwarden, verward)

  1. verwarren (tot een warboel maken; haspelen)
    embrouiller; cochonner
    • embrouiller verb (embrouille, embrouilles, embrouillons, embrouillez, )
    • cochonner verb (cochonne, cochonnes, cochonnons, cochonnez, )
  2. verwarren (van zijn stuk brengen; ontredderen; in de war brengen)
    dérouter; déconcerter
    • dérouter verb
    • déconcerter verb (déconcerte, déconcertes, déconcertons, déconcertez, )

Conjugations for verwarren:

o.t.t.
  1. verwar
  2. verwart
  3. verwart
  4. verwarren
  5. verwarren
  6. verwarren
o.v.t.
  1. verwarde
  2. verwarde
  3. verwarde
  4. verwarden
  5. verwarden
  6. verwarden
v.t.t.
  1. heb verward
  2. hebt verward
  3. heeft verward
  4. hebben verward
  5. hebben verward
  6. hebben verward
v.v.t.
  1. had verward
  2. had verward
  3. had verward
  4. hadden verward
  5. hadden verward
  6. hadden verward
o.t.t.t.
  1. zal verwarren
  2. zult verwarren
  3. zal verwarren
  4. zullen verwarren
  5. zullen verwarren
  6. zullen verwarren
o.v.t.t.
  1. zou verwarren
  2. zou verwarren
  3. zou verwarren
  4. zouden verwarren
  5. zouden verwarren
  6. zouden verwarren
diversen
  1. verwar!
  2. verwart!
  3. verward
  4. verwarrend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verwarren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
cochonner haspelen; tot een warboel maken; verwarren aanrommelen; aanrotzooien; kladderen; kliederen; klodderen; knoeien; lanterfanten; luieren; lummelen; nietsdoen; niksen; rondhangen; rotzooien; scharrelen; scharrelen van kip
déconcerter in de war brengen; ontredderen; van zijn stuk brengen; verwarren
dérouter in de war brengen; ontredderen; van zijn stuk brengen; verwarren
embrouiller haspelen; tot een warboel maken; verwarren

Related Definitions for "verwarren":

  1. het door elkaar doen zodat het rommelig wordt1
    • wie heeft al dat touw zo verward?1
  2. per ongeluk verwisselen in je gedachten1
    • die tweelingen worden vaak met elkaar verward1

Wiktionary Translations for verwarren:

verwarren
verb
  1. in de war brengen
verwarren
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. engager dans des entraves, dans ce qui gêner. — note Il se dit proprement parler des pieds, des jambes.
  3. envelopper un objet dans quelque chose que l’on tortiller ou tortiller quelque chose autour d’un objet.
  4. Unir plusieurs choses ensemble pour former un tout
  5. aller de nouveau en un lieu.
  6. rendre trouble.

Cross Translation:
FromToVia
verwarren épater; troubler boggle — to confuse or mystify; overwhelm
verwarren confondre confuse — to mistake one thing for another
verwarren zizanie disarray — To throw into disorder; to break the array of
verwarren tortiller; empêtrer; intriquer entangle — twist or interweave
verwarren mélanger; confondre muddle — mix together, to mix up; to confuse
verwarren déséquilibrer; troubler unhinge — to mentally disturb
verwarren bouleverser upset — disturb, disrupt, unfavorably alter


Wiktionary Translations for verwarrend:

verwarrend
Cross Translation:
FromToVia
verwarrend déroutant; déroutante; complexe confusing — difficult to understand