Summary
Dutch to French:   more detail...
  1. loven:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for looft from Dutch to French

loven:

loven verb (loof, looft, loofde, loofden, geloofd)

  1. loven (zich lovend uitlaten; prijzen; roemen; vereren)

Conjugations for loven:

o.t.t.
  1. loof
  2. looft
  3. looft
  4. loven
  5. loven
  6. loven
o.v.t.
  1. loofde
  2. loofde
  3. loofde
  4. loofden
  5. loofden
  6. loofden
v.t.t.
  1. heb geloofd
  2. hebt geloofd
  3. heeft geloofd
  4. hebben geloofd
  5. hebben geloofd
  6. hebben geloofd
v.v.t.
  1. had geloofd
  2. had geloofd
  3. had geloofd
  4. hadden geloofd
  5. hadden geloofd
  6. hadden geloofd
o.t.t.t.
  1. zal loven
  2. zult loven
  3. zal loven
  4. zullen loven
  5. zullen loven
  6. zullen loven
o.v.t.t.
  1. zou loven
  2. zou loven
  3. zou loven
  4. zouden loven
  5. zouden loven
  6. zouden loven
en verder
  1. ben geloofd
  2. bent geloofd
  3. is geloofd
  4. zijn geloofd
  5. zijn geloofd
  6. zijn geloofd
diversen
  1. loof!
  2. looft!
  3. geloofd
  4. lovend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for loven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
faire l'éloge de loven; prijzen; roemen; vereren; zich lovend uitlaten de hemel in prijzen; eerbied bewijzen; eren; hemelhoog prijzen; lofprijzen; ophemelen
être élogieux de loven; prijzen; roemen; vereren; zich lovend uitlaten

Related Words for "loven":


Wiktionary Translations for loven:

loven
Cross Translation:
FromToVia
loven applaudir; acclamer acclaim — to applaud
loven louer; féliciter; prôner praise — to give praise to
loven louer loben — eine wertschätzende Aussage machen

External Machine Translations:

Related Translations for looft