Dutch

Detailed Synonyms for stommerik in Dutch

stommerik:

stommerik [de ~ (m)] noun

  1. de stommerik
    de schapenkop; de schaapskop; de idioot; de kalfskop; de sukkel; de onnozelaar; het rund; de stommeling; de oen; de stommerd; onnozele; de druiloor; onnozele hals; de sul; de stommerik

Related Words for "stommerik":

  • stommeriken