Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. aan tafel bedienen:


Dutch

Detailed Synonyms for aan tafel bedienen in Dutch

aan tafel bedienen:

aan tafel bedienen verb (bedien aan tafel, bedient aan tafel, bediende aan tafel, bedienden aan tafel, aan tafel bediend)

  1. aan tafel bedienen
    bedienen; opdissen; voorzetten; opdienen; aan tafel bedienen
    • bedienen verb (bedien, bedient, bediende, bedienden, bediend)
    • opdissen verb (dis op, dist op, diste op, disten op, opgedist)
    • voorzetten verb (zet voor, zette voor, zetten voor, voorgezet)
    • opdienen verb (dien op, dient op, diende op, dienden op, opgediend)
    • aan tafel bedienen verb (bedien aan tafel, bedient aan tafel, bediende aan tafel, bedienden aan tafel, aan tafel bediend)

Conjugations for aan tafel bedienen:

o.t.t.
  1. bedien aan tafel
  2. bedient aan tafel
  3. bedient aan tafel
  4. bedienen aan tafel
  5. bedienen aan tafel
  6. bedienen aan tafel
o.v.t.
  1. bediende aan tafel
  2. bediende aan tafel
  3. bediende aan tafel
  4. bedienden aan tafel
  5. bedienden aan tafel
  6. bedienden aan tafel
v.t.t.
  1. heb aan tafel bediend
  2. hebt aan tafel bediend
  3. heeft aan tafel bediend
  4. hebben aan tafel bediend
  5. hebben aan tafel bediend
  6. hebben aan tafel bediend
v.v.t.
  1. had aan tafel bediend
  2. had aan tafel bediend
  3. had aan tafel bediend
  4. hadden aan tafel bediend
  5. hadden aan tafel bediend
  6. hadden aan tafel bediend
o.t.t.t.
  1. zal aan tafel bedienen
  2. zult aan tafel bedienen
  3. zal aan tafel bedienen
  4. zullen aan tafel bedienen
  5. zullen aan tafel bedienen
  6. zullen aan tafel bedienen
o.v.t.t.
  1. zou aan tafel bedienen
  2. zou aan tafel bedienen
  3. zou aan tafel bedienen
  4. zouden aan tafel bedienen
  5. zouden aan tafel bedienen
  6. zouden aan tafel bedienen
diversen
  1. bedien aan tafel!
  2. bedient aan tafel!
  3. aan tafel bediend
  4. aan tafel bedienende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Synonyms for aan tafel bedienen