Dutch
Detailed Synonyms for bewandelen in Dutch
bewandelen:
-
bewandelen
Conjugations for bewandelen:
o.t.t.
- bewandel
- bewandelt
- bewandelt
- bewandelen
- bewandelen
- bewandelen
o.v.t.
- bewandelde
- bewandelde
- bewandelde
- bewandelden
- bewandelden
- bewandelden
v.t.t.
- heb bewandeld
- hebt bewandeld
- heeft bewandeld
- hebben bewandeld
- hebben bewandeld
- hebben bewandeld
v.v.t.
- had bewandeld
- had bewandeld
- had bewandeld
- hadden bewandeld
- hadden bewandeld
- hadden bewandeld
o.t.t.t.
- zal bewandelen
- zult bewandelen
- zal bewandelen
- zullen bewandelen
- zullen bewandelen
- zullen bewandelen
o.v.t.t.
- zou bewandelen
- zou bewandelen
- zou bewandelen
- zouden bewandelen
- zouden bewandelen
- zouden bewandelen
diversen
- bewandel!
- bewandelt!
- bewandeld
- bewandelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze