Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. erbij betrekken:


Dutch

Detailed Synonyms for erbij betrekken in Dutch

erbij betrekken:

erbij betrekken

  1. erbij betrekken

erbij betrekken verb (betrek erbij, betrekt erbij, betrok erbij, betrokken erbij, erbij betrokken)

  1. erbij betrekken
    erbij betrekken
    • erbij betrekken verb (betrek erbij, betrekt erbij, betrok erbij, betrokken erbij, erbij betrokken)

Conjugations for erbij betrekken:

o.t.t.
  1. betrek erbij
  2. betrekt erbij
  3. betrekt erbij
  4. betrekken erbij
  5. betrekken erbij
  6. betrekken erbij
o.v.t.
  1. betrok erbij
  2. betrok erbij
  3. betrok erbij
  4. betrokken erbij
  5. betrokken erbij
  6. betrokken erbij
v.t.t.
  1. heb erbij betrokken
  2. hebt erbij betrokken
  3. heeft erbij betrokken
  4. hebben erbij betrokken
  5. hebben erbij betrokken
  6. hebben erbij betrokken
v.v.t.
  1. had erbij betrokken
  2. had erbij betrokken
  3. had erbij betrokken
  4. hadden erbij betrokken
  5. hadden erbij betrokken
  6. hadden erbij betrokken
o.t.t.t.
  1. zal erbij betrekken
  2. zult erbij betrekken
  3. zal erbij betrekken
  4. zullen erbij betrekken
  5. zullen erbij betrekken
  6. zullen erbij betrekken
o.v.t.t.
  1. zou erbij betrekken
  2. zou erbij betrekken
  3. zou erbij betrekken
  4. zouden erbij betrekken
  5. zouden erbij betrekken
  6. zouden erbij betrekken
en verder
  1. ben erbij betrokken
  2. bent erbij betrokken
  3. is erbij betrokken
  4. zijn erbij betrokken
  5. zijn erbij betrokken
  6. zijn erbij betrokken
diversen
  1. betrek erbij!
  2. betrekt erbij!
  3. erbij betrokken
  4. erbij betrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Synonyms for erbij betrekken