Dutch

Detailed Synonyms for gebeuren in Dutch

gebeuren:

gebeuren verb

  1. gebeuren
    gebeuren; plaats vinden; geschieden; plaats hebben
  2. gebeuren
    gebeuren; voorvallen; voordoen; plaatsvinden; plaats hebben; passeren
    • gebeuren verb
    • voorvallen verb (val voor, valt voor, viel voor, vielen voor, voorgevallen)
    • voordoen verb (doe voor, doet voor, deed voor, deden voor, voorgedaan)
    • plaatsvinden verb (vind plaats, vindt plaats, vond plaats, vonden plaats, plaatsgevonden)
    • plaats hebben verb (heb plaats, hebt plaats, had plaats, hadden plaats, plaats gehad)
    • passeren verb (passeer, passeert, passeerde, passeerden, gepasseerd)
  3. gebeuren
    gebeuren; voorkomen; zich voordoen; plaats hebben
  4. gebeuren
    – wat zich afspeelt 1
    gebeuren; plaatsvinden
    – wat zich afspeelt 1
    • gebeuren verb
      • er is een ongeluk gebeurd1
    • plaatsvinden verb (vind plaats, vindt plaats, vond plaats, vonden plaats, plaatsgevonden)
      • er heeft een ongeluk plaatsgevonden1

Alternate Synonyms for "gebeuren":


Related Definitions for "gebeuren":

  1. wat zich afspeelt1
    • er is een ongeluk gebeurd1