Summary


Dutch

Detailed Synonyms for toespraak in Dutch

toespraak:

toespraak [de ~] noun

  1. de toespraak
    de speech; de rede; de toespraak; de spreekbeurt; de voordracht; de redevoering; de lezing
  2. de toespraak
    de toespraak
  3. de toespraak
    – woorden waarmee je een groep mensen iets vertelt 1
    de toespraak
    – woorden waarmee je een groep mensen iets vertelt 1
    • toespraak [de ~] noun
      • de vader van de bruid hield een toespraak1

Related Words for "toespraak":

  • toespraakje

Related Definitions for "toespraak":

  1. woorden waarmee je een groep mensen iets vertelt1
    • de vader van de bruid hield een toespraak1