Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. wegens:
  2. wegen:


Dutch

Detailed Synonyms for wegens in Dutch

wegens:

wegens adj

  1. wegens
    – om een reden aan te geven 1
    wegens; vanwege
    – om een reden aan te geven 1
    • wegens adj
      • wegens de vakantie zijn we gesloten1
    • vanwege adj
      • vanwege de regen gaat de wedstrijd niet door1
    om

wegens

  1. wegens
    – om een reden aan te geven 1
    vanwege; wegens
    – om een reden aan te geven 1
    • vanwege
      • vanwege de regen gaat de wedstrijd niet door1
    • wegens
      • wegens de vakantie zijn we gesloten1

Related Words for "wegens":


Alternate Synonyms for "wegens":


Related Definitions for "wegens":

  1. om een reden aan te geven1
    • wegens de vakantie zijn we gesloten1

wegens form of wegen:

wegen [de ~] noun, plural

  1. de wegen
    de wegen; de rijwegen

wegen verb (weeg, weegt, woog, wogen, gewogen)

  1. wegen
    – nagaan hoe zwaar het/hij is 1
    wegen
    – nagaan hoe zwaar het/hij is 1
    • wegen verb (weeg, weegt, woog, wogen, gewogen)
      • hij weegt zich elke dag1
  2. wegen
    – dat gewicht hebben 1
    wegen
    – dat gewicht hebben 1
    • wegen verb (weeg, weegt, woog, wogen, gewogen)
      • deze zak weegt 10 kilo1

Conjugations for wegen:

o.t.t.
  1. weeg
  2. weegt
  3. weegt
  4. wegen
  5. wegen
  6. wegen
o.v.t.
  1. woog
  2. woog
  3. woog
  4. wogen
  5. wogen
  6. wogen
v.t.t.
  1. heb gewogen
  2. hebt gewogen
  3. heeft gewogen
  4. hebben gewogen
  5. hebben gewogen
  6. hebben gewogen
v.v.t.
  1. had gewogen
  2. had gewogen
  3. had gewogen
  4. hadden gewogen
  5. hadden gewogen
  6. hadden gewogen
o.t.t.t.
  1. zal wegen
  2. zult wegen
  3. zal wegen
  4. zullen wegen
  5. zullen wegen
  6. zullen wegen
o.v.t.t.
  1. zou wegen
  2. zou wegen
  3. zou wegen
  4. zouden wegen
  5. zouden wegen
  6. zouden wegen
diversen
  1. weeg!
  2. weegt!
  3. gewogen
  4. wegend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Related Words for "wegen":


Related Definitions for "wegen":

  1. dat gewicht hebben1
    • deze zak weegt 10 kilo1
  2. nagaan hoe zwaar het/hij is1
    • hij weegt zich elke dag1