Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. bekampen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for bekampen from Dutch to Swedish

bekampen:

bekampen verb (bekamp, bekampt, bekampte, bekampten, bekampt)

  1. bekampen (bevechten; bestrijden)
    bekämpa; bestrida; kämpa med; slåss mot
    • bekämpa verb (bekämper, bekämpte, bekämpt)
    • bestrida verb (bestrider, bestred, bestridit)
    • kämpa med verb (kämpar med, kämpade med, kämpat med)
    • slåss mot verb (slåss mot, slogs mot, slagits mot)

Conjugations for bekampen:

o.t.t.
  1. bekamp
  2. bekampt
  3. bekampt
  4. bekampen
  5. bekampen
  6. bekampen
o.v.t.
  1. bekampte
  2. bekampte
  3. bekampte
  4. bekampten
  5. bekampten
  6. bekampten
v.t.t.
  1. heb bekampt
  2. hebt bekampt
  3. heeft bekampt
  4. hebben bekampt
  5. hebben bekampt
  6. hebben bekampt
v.v.t.
  1. had bekampt
  2. had bekampt
  3. had bekampt
  4. hadden bekampt
  5. hadden bekampt
  6. hadden bekampt
o.t.t.t.
  1. zal bekampen
  2. zult bekampen
  3. zal bekampen
  4. zullen bekampen
  5. zullen bekampen
  6. zullen bekampen
o.v.t.t.
  1. zou bekampen
  2. zou bekampen
  3. zou bekampen
  4. zouden bekampen
  5. zouden bekampen
  6. zouden bekampen
diversen
  1. bekamp!
  2. bekampt!
  3. bekampt
  4. bekampend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for bekampen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bekämpa bekampen; bestrijden; bevechten aanvechten; bestrijden; betwisten; kleunen; opboksen; strijden tegen; vechten tegen
bestrida bekampen; bestrijden; bevechten aanvechten; bestrijden; betwisten; logenstraffen; loochenen; verloochenen; verzaken
kämpa med bekampen; bestrijden; bevechten
slåss mot bekampen; bestrijden; bevechten

Wiktionary Translations for bekampen:


Cross Translation:
FromToVia
bekampen bekämpa fight — to counteract