Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. gloed:
  2. Wiktionary:
Swedish to Dutch:   more detail...
  1. glöd:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for gloed from Dutch to Swedish

gloed:

gloed [de ~ (m)] noun

  1. de gloed (warmte; hitte)
    värme
  2. de gloed (schijnsel; schijn; glans; straling)
    skimmer; sken; stråle
  3. de gloed (glans)
    glöd; glans; ljuskraft
  4. de gloed (elan; pit; vuur; vlam)
    schvung; fart; iver; eldighet
  5. de gloed (passie; hartstocht; overgave; )
    passion
  6. de gloed

Translation Matrix for gloed:

NounRelated TranslationsOther Translations
eldighet elan; gloed; pit; vlam; vuur
fart elan; gloed; pit; vlam; vuur aandrift; daadkracht; dynamiek; energie; esprit; fut; gang; kracht; momentum; puf; rijsnelheid; schielijkheid; snelheid; spoed; stuwkracht; tempo; vaart; voortstuwing; werklust
glans glans; gloed fonkelen; fonkeling; glans; glanslaag; glanzen; glimmen; glimp; glitter; glorie; licht verspreiden; luister; schijnen; schitteren; schittering; sprankelen; vleugje
glöd glans; gloed driftigheid; felheid; glanzen; glimmen; gloeiing; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht
iver elan; gloed; pit; vlam; vuur begerige ijver; felheid; graagte; gretigheid; heftigheid; hevigheid; intensiteit; kracht; voortvarendheid
ljuskraft glans; gloed
passion gloed; hartstocht; hartstochtelijkheid; overgave; passie; vurigheid; vuur bezetenheid; devotie; drift; genegenheid; genoegen; genot; hartstocht; ijver; inzet; lust; obsessie; overgave; passie; toegewijdheid; toewijding; trouw; vuur; wellust; zorgzaamheid
schvung elan; gloed; pit; vlam; vuur
sken glans; gloed; schijn; schijnsel; straling façade; licht verspreiden; lichtgevendheid; schijnen; uiterlijke schijn
skimmer glans; gloed; schijn; schijnsel; straling glanzen; glimmen; schermpjes
stråle glans; gloed; schijn; schijnsel; straling
värme gloed; hitte; warmte
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
glöd gloed
glödeffekt gloed

Wiktionary Translations for gloed:


Cross Translation:
FromToVia
gloed hetta; iver; häftighet ardeurchaleur vif, extrême.



Swedish

Detailed Translations for gloed from Swedish to Dutch

glöd:

glöd [-ett] noun

  1. glöd (häftighet; hetsighet; våldsamhet)
    de driftigheid; de heftigheid
  2. glöd (glans; ljuskraft)
    de gloed; de glans
  3. glöd (glödning)
    de gloeiing
  4. glöd (häftighet; iver; våldsamhet)
    de intensiteit; de hevigheid; de kracht; de heftigheid; de felheid
  5. glöd (glans; skimmer)
    glimmen; het glanzen

glöd

  1. glöd (glödeffekt)
    de gloed

Translation Matrix for glöd:

NounRelated TranslationsOther Translations
driftigheid glöd; hetsighet; häftighet; våldsamhet
felheid glöd; häftighet; iver; våldsamhet häftighet; intensitet; kraft; spänstighet; styrka; våldsamhet
glans glans; glöd; ljuskraft glans; glitter; polityr; pompa; prakt; sken; skimmer; stråle; ståt
glanzen glans; glöd; skimmer
glimmen glans; glöd; skimmer
gloed glans; glöd; glödeffekt; ljuskraft eldighet; fart; iver; passion; schvung; sken; skimmer; stråle; värme
gloeiing glöd; glödning
heftigheid glöd; hetsighet; häftighet; iver; våldsamhet
hevigheid glöd; häftighet; iver; våldsamhet
intensiteit glöd; häftighet; iver; våldsamhet mättnad
kracht glöd; häftighet; iver; våldsamhet drivkraft; energi; fart; färdighet; förmåga; kraft; makt; ork; spänstighet; styrka
VerbRelated TranslationsOther Translations
glanzen gnistra; spraka; spritta; tindra
glimmen gnistra; sprudla
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
kracht kraft

Synonyms for "glöd":


Wiktionary Translations for glöd:


Cross Translation:
FromToVia
glöd sintel ember — glowing piece of coal or wood
glöd sintel braise — Charbon de bois incandescent.