Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. onderuithalen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for onderuithalen from Dutch to Swedish

onderuithalen:

onderuithalen verb (haal onderuit, haalt onderuit, haalde onderuit, haalden onderuit, onderuit gehaald)

  1. onderuithalen (tekkelen)
    tackla
    • tackla verb (tacklar, tacklade, tacklat)
  2. onderuithalen (neerslaan; omslaan; vloeren)
    dra ner; knuffa ner
    • dra ner verb (drar ner, drog ner, dragit ner)
    • knuffa ner verb (knuffar ner, knuffade ner, knuffat ner)

Conjugations for onderuithalen:

o.t.t.
  1. haal onderuit
  2. haalt onderuit
  3. haalt onderuit
  4. halen onderuit
  5. halen onderuit
  6. halen onderuit
o.v.t.
  1. haalde onderuit
  2. haalde onderuit
  3. haalde onderuit
  4. haalden onderuit
  5. haalden onderuit
  6. haalden onderuit
v.t.t.
  1. heb onderuit gehaald
  2. hebt onderuit gehaald
  3. heeft onderuit gehaald
  4. hebben onderuit gehaald
  5. hebben onderuit gehaald
  6. hebben onderuit gehaald
v.v.t.
  1. had onderuit gehaald
  2. had onderuit gehaald
  3. had onderuit gehaald
  4. hadden onderuit gehaald
  5. hadden onderuit gehaald
  6. hadden onderuit gehaald
o.t.t.t.
  1. zal onderuithalen
  2. zult onderuithalen
  3. zal onderuithalen
  4. zullen onderuithalen
  5. zullen onderuithalen
  6. zullen onderuithalen
o.v.t.t.
  1. zou onderuithalen
  2. zou onderuithalen
  3. zou onderuithalen
  4. zouden onderuithalen
  5. zouden onderuithalen
  6. zouden onderuithalen
en verder
  1. ben onderuit gehaald
  2. bent onderuit gehaald
  3. is onderuit gehaald
  4. zijn onderuit gehaald
  5. zijn onderuit gehaald
  6. zijn onderuit gehaald
diversen
  1. haal onderuit!
  2. haalt onderuit!
  3. onderuit gehaald
  4. onderuit halend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

onderuithalen [znw.] noun

  1. onderuithalen

Translation Matrix for onderuithalen:

NounRelated TranslationsOther Translations
dra ner omhalen
tacklare onderuithalen
VerbRelated TranslationsOther Translations
dra ner neerslaan; omslaan; onderuithalen; vloeren afknotten; anatomiseren; omvertrekken; ontleden; uit elkaar nemen
knuffa ner neerslaan; omslaan; onderuithalen; vloeren
tackla onderuithalen; tekkelen v. takelwerk voorzien

Wiktionary Translations for onderuithalen:


Cross Translation:
FromToVia
onderuithalen göra sig av med; avpolletera absägenübertragen: aus dem Amt entfernen