Translate thuis from Dutch to Swedish

Summary

Dutch to Swedish: more detail...

Dutch

Detailed Translations for thuis from Dutch to Swedish

Noun	Related Translations	Other Translations
boplats	huis; residentie; thuis; verblijf; woning; woonhuis
hem	huis; residentie; thuis; verblijf; woning; woonhuis	huis; optrekje; stulp; verblijf
hemland	heem; thuis	bakermat; geboorteland; land van herkomst; land van oorsprong; thuisland; vaderland
Not Specified	Related Translations	Other Translations
hem / hemma	thuis
Modifier	Related Translations	Other Translations
hemma	thuis

Cross Translation:

From	To	Via
• thuis	→ hemma	↔ at home — In one's place of residence
• thuis	→ hemma	↔ home — at home
• thuis	→ hemma	↔ daheim — süddeutsch, österreichisch, schweizerisch: zu Hause, in der Heimat