Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. draagbaar:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for draagbaar from Dutch to Swedish

draagbaar:

draagbaar adj

  1. draagbaar (te dragen)
  2. draagbaar (goedzittend)

draagbaar [de ~] noun

  1. de draagbaar (brancard; berrie; draagberrie)
    sjukbår

Translation Matrix for draagbaar:

NounRelated TranslationsOther Translations
sjukbår berrie; brancard; draagbaar; draagberrie
ModifierRelated TranslationsOther Translations
behaglig draagbaar; goedzittend aangenaam; behaaglijk; fijn; gerieflijk; jofel; knus; lekker; poeslief; prettig; senang
behagligt draagbaar; goedzittend aangenaam; aanvallig; behaaglijk; bevallig; comfortabel; fijn; gemakkelijk; geriefelijk; gerieflijk; gracieus; jofel; lekker; leuk; plezant; plezierig; poeslief; prettig; senang; sierlijk
bekväm draagbaar; te dragen aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
bekvämt draagbaar; goedzittend; te dragen aangenaam; behaaglijk; comfortabel; familiair; gemakkelijk; gemakzuchtig; geriefelijk; gerieflijk; knus; makkelijk in de omgang; senang
skönt draagbaar; goedzittend aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk

Related Words for "draagbaar":


Wiktionary Translations for draagbaar:


Cross Translation:
FromToVia
draagbaar bår; bärstol litter — platform designed to carry a person or a load
draagbaar bår stretcher — simple litter designed to carry a sick, injured, or dead person