Summary
English to Dutch:   more detail...
  1. gain the day:


English

Detailed Translations for gain the day from English to Dutch

gain the day:

gain the day verb

  1. gain the day (gain the victory)
    winnen; de overwinning behalen; zegevieren
    • winnen verb (win, wint, won, wonnen, gewonnen)
    • de overwinning behalen verb (behaal de overwinning, behaalt de overwinning, behaalde de overwinning, behaalden de overwinning, de overwinning behaald)
    • zegevieren verb (zegevier, zegeviert, zegevierde, zegevierden, gezegevierd)

Translation Matrix for gain the day:

VerbRelated TranslationsOther Translations
de overwinning behalen gain the day; gain the victory
winnen gain the day; gain the victory conquer; gain; master; overcome; win; win over
zegevieren gain the day; gain the victory

Related Translations for gain the day