French

Detailed Translations for se dresser from French to Dutch

se dresser:

se dresser verb

  1. se dresser (lever; se lever; se mettre debout; )
    opstaan; verheffen; gaan staan; omhoogkomen
    • opstaan verb (sta op, staat op, stond op, stonden op, opgestaan)
    • verheffen verb (verhef, verheft, verhief, verhieven, verheven)
    • gaan staan verb
    • omhoogkomen verb (kom omhoog, komt omhoog, kwam omhoog, kwamen omhoog, omhooggekomen)
  2. se dresser (monter en l'air; s'élever)
    opstijgen; in de lucht omhoogstijgen; stijgen; de hoogte ingaan
  3. se dresser (se lever; monter; surgir; s'élever; venir en haut)
    opstaan; rijzen; omhoogrijzen; gaan staan
    • opstaan verb (sta op, staat op, stond op, stonden op, opgestaan)
    • rijzen verb (rijs, rijst, rees, rezen, gerezen)
    • omhoogrijzen verb (rijs omhoog, rijst omhoog, rees omhoog, rezen omhoog, omhooggerezen)
    • gaan staan verb
  4. se dresser (s'élever; surgir; être en hausse; )
    oprijzen; rijzen; omhoogrijzen
    • oprijzen verb (rijs op, rijst op, rees op, rezen op, opgerezen)
    • rijzen verb (rijs, rijst, rees, rezen, gerezen)
    • omhoogrijzen verb (rijs omhoog, rijst omhoog, rees omhoog, rezen omhoog, omhooggerezen)

Translation Matrix for se dresser:

NounRelated TranslationsOther Translations
omhoogkomen monter; prendre l'air; prendre son vol; s'élever
opstijgen monter; prendre l'air; prendre son vol; s'élever
stijgen ascension; escalade; monter; montée; prendre l'air; prendre son vol; s'élever
verheffen adoration; considération; culte; culte divin; déférence; estime; hommage; respect; vénération; égard
VerbRelated TranslationsOther Translations
de hoogte ingaan monter en l'air; s'élever; se dresser accroître; agrandir; amplifier; augmenter; croître; grandir; grossir; s'accroître; s'agrandir; s'amplifier; s'élargir; s'étendre
gaan staan dresser; lever; monter; relever; s'élever; se dresser; se lever; se mettre debout; surgir; venir en haut
in de lucht omhoogstijgen monter en l'air; s'élever; se dresser
omhoogkomen dresser; lever; monter; relever; s'élever; se dresser; se lever; se mettre debout bondir; dresser; décoller; monter; prendre de la hauteur; réapparaître à la surface; s'envoler; s'élever; se hisser; se retrouver au-dessus de; élever
omhoogrijzen grandir; grimper; monter; s'élever; se dresser; se lever; surgir; venir en haut; être en hausse
oprijzen grandir; grimper; monter; s'élever; se dresser; se lever; surgir; être en hausse s'élever; se lever; surgir
opstaan dresser; lever; monter; relever; s'élever; se dresser; se lever; se mettre debout; surgir; venir en haut
opstijgen monter en l'air; s'élever; se dresser bondir; dresser; décoller; monter; prendre de la hauteur; s'envoler; s'élever; se hisser; se retrouver au-dessus de; élever
rijzen grandir; grimper; monter; s'élever; se dresser; se lever; surgir; venir en haut; être en hausse augmenter; croître; grandir; grossir; lever; prendre de la hauteur; s'agrandir; s'amplifier; s'élever; se lever; surgir
stijgen monter en l'air; s'élever; se dresser accroître; agrandir; amplifier; augmenter; croître; escalader; faire l'ascension; grandir; gravir; grimper; grossir; lever; monter; prendre de la hauteur; s'accroître; s'agrandir; s'amplifier; s'élargir; s'élever; s'étendre
verheffen dresser; lever; monter; relever; s'élever; se dresser; se lever; se mettre debout

Wiktionary Translations for se dresser:

se dresser
verb
  1. (ergatief) zich verheffen, van de grond komen

Related Translations for se dresser