Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. een oplawaai geven:


Dutch

Detailed Translations for een oplawaai geven from Dutch to English

een oplawaai geven:

een oplawaai geven verb (geef een oplawaai, geeft een oplawaai, gaf een oplawaai, gaven een oplawaai, een oplawaai gegeven)

  1. een oplawaai geven

Conjugations for een oplawaai geven:

o.t.t.
  1. geef een oplawaai
  2. geeft een oplawaai
  3. geeft een oplawaai
  4. geven een oplawaai
  5. geven een oplawaai
  6. geven een oplawaai
o.v.t.
  1. gaf een oplawaai
  2. gaf een oplawaai
  3. gaf een oplawaai
  4. gaven een oplawaai
  5. gaven een oplawaai
  6. gaven een oplawaai
v.t.t.
  1. heb een oplawaai gegeven
  2. hebt een oplawaai gegeven
  3. heeft een oplawaai gegeven
  4. hebben een oplawaai gegeven
  5. hebben een oplawaai gegeven
  6. hebben een oplawaai gegeven
v.v.t.
  1. had een oplawaai gegeven
  2. had een oplawaai gegeven
  3. had een oplawaai gegeven
  4. hadden een oplawaai gegeven
  5. hadden een oplawaai gegeven
  6. hadden een oplawaai gegeven
o.t.t.t.
  1. zal een oplawaai geven
  2. zult een oplawaai geven
  3. zal een oplawaai geven
  4. zullen een oplawaai geven
  5. zullen een oplawaai geven
  6. zullen een oplawaai geven
o.v.t.t.
  1. zou een oplawaai geven
  2. zou een oplawaai geven
  3. zou een oplawaai geven
  4. zouden een oplawaai geven
  5. zouden een oplawaai geven
  6. zouden een oplawaai geven
diversen
  1. geef een oplawaai!
  2. geeft een oplawaai!
  3. een oplawaai gegeven
  4. een oplawaai gevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for een oplawaai geven:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bash someone een oplawaai geven

Related Translations for een oplawaai geven