Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. laatsten:


Dutch

Detailed Translations for laatsten from Dutch to English

laatsten:

laatsten [znw.] noun

  1. laatsten (hekkensluiters)
    the last; the rearguard; the stragglers

Translation Matrix for laatsten:

NounRelated TranslationsOther Translations
last hekkensluiters; laatsten achterste; benjamin; jongste; laatste; laatstgeboren; laatstgeborene; leest; vorige
rearguard hekkensluiters; laatsten
stragglers hekkensluiters; laatsten
VerbRelated TranslationsOther Translations
last blijven; duren
ModifierRelated TranslationsOther Translations
last achterste; afgelopen; finaal; jongstleden; laatste; laatstelijk; laatstgenoemd; verleden; vorig