Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. vastbeslotenheid:
  2. vastbesloten:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for vastbeslotenheid from Dutch to Spanish

vastbeslotenheid:


vastbeslotenheid form of vastbesloten:


Translation Matrix for vastbesloten:

ModifierRelated TranslationsOther Translations
con empeño vastbesloten
con firmeza vastbesloten dapper; ferm; fiks; flink; manhaftig; moedig; moreel sterk; stevig
decidido vastbesloten beoogd; beslist; besluitvaardig; dapper; doelbewust; doortastend; drastisch; ferm; gedecideerd; heldhaftig; heroïsch; kloek; kordaat; krachtdadig; krachtig; moedig; niet beschroomd; onbedeesd; onbeschroomd; onverschrokken; resoluut; sterk; stout; stoutmoedig; vastberaden; voorgenomen; vrijmoedig; vrijpostig
firme vastbesloten beslist; besluitvaardig; breed; degelijke; doortastend; ferm; fiks; flink; fors; gedecideerd; geheid; hecht; kordaat; krachtdadig; krachtig; onbuigzaam; ongetwijfeld; onverzettelijk; onwankelbaar; onwrikbaar; pal; resoluut; robuust; solide; stabiel; standvastig; sterk; stevig; stevig gebouwd; stijfkoppig; stug; taai; uit de kluiten gewassen; vast en zeker; vastberaden; vasthoudend; volhardend; zeker
firmemente decidido vastbesloten
resoluto vastbesloten beslist; besluitvaardig; gedecideerd; kordaat; resoluut; vastberaden
resuelto vastbesloten beslist; besluitvaardig; dapper; doelbewust; doortastend; drastisch; ferm; flink; gedecideerd; geheid; heldhaftig; heroïsch; kloek; kordaat; krachtdadig; krachtig; moedig; moreel sterk; ongetwijfeld; onverschrokken; resoluut; standvastig; sterk; stout; stoutmoedig; vast en zeker; vastberaden; zeker

Related Words for "vastbesloten":


Wiktionary Translations for vastbesloten:


Cross Translation:
FromToVia
vastbesloten decidido mannhaft — entschlossen, tatkräftig