Summary
Dutch
Detailed Translations for riek from Dutch to German
riek:
Translation Matrix for riek:
Noun | Related Translations | Other Translations |
Forke | gaffel; hooivork; riek; vork | |
Heugabel | gaffel; hooivork; riek; vork |
Related Words for "riek":
rieken:
Conjugations for rieken:
o.t.t.
- riek
- riekt
- riekt
- rieken
- rieken
- rieken
o.v.t.
- riekte
- riekte
- riekte
- riekten
- riekten
- riekten
v.t.t.
- heb geriekt
- hebt geriekt
- heeft geriekt
- hebben geriekt
- hebben geriekt
- hebben geriekt
v.v.t.
- had geriekt
- had geriekt
- had geriekt
- hadden geriekt
- hadden geriekt
- hadden geriekt
o.t.t.t.
- zal rieken
- zult rieken
- zal rieken
- zullen rieken
- zullen rieken
- zullen rieken
o.v.t.t.
- zou rieken
- zou rieken
- zou rieken
- zouden rieken
- zouden rieken
- zouden rieken
diversen
- riek!
- riekt!
- geriekt
- riekend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for rieken:
Verb | Related Translations | Other Translations |
riechen | een geur verspreiden; een luchtje hebben; geuren; meuren; rieken; ruiken; stinken; walmen | |
stinken | een geur verspreiden; een luchtje hebben; geuren; meuren; rieken; ruiken; stinken; walmen |
Related Words for "rieken":
Wiktionary Translations for rieken:
rieken
Cross Translation:
verb
-
een sterke geur of stank verspreiden
- rieken → riechen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rieken | → duften; riechen | ↔ embaumer — introduire dans un cadavre des substances propres à empêcher qu’il ne se corrompre. |
• rieken | → empfinden; fühlen; befühlen; tasten; antasten; betasten; tappen; duften; riechen; wittern | ↔ sentir — Traductions à trier suivant le sens |