Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. helling:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for helling from Dutch to English

helling:

helling [de ~ (v)] noun

  1. de helling (talud; afgang; glooiing; berm; dijkhelling)
    the slope; the incline; the talus; the bank

Translation Matrix for helling:

NounRelated TranslationsOther Translations
bank afgang; berm; dijkhelling; glooiing; helling; talud bank; bankrelatie; handelsbank; oever; wal; waterkant
incline afgang; berm; dijkhelling; glooiing; helling; talud glooiing; glooiingshoek
slope afgang; berm; dijkhelling; glooiing; helling; talud flauwe helling; glooiing; glooiingshoek
talus afgang; berm; dijkhelling; glooiing; helling; talud
VerbRelated TranslationsOther Translations
bank op bankrekening zetten; sparen
incline aflopen; flauw hellend aflopend; glooien; hellen; neigen; overhangen; overhellen; overhellen tot een denkwijze; tenderen naar; vervallen; voorover buigen; voorover hellen
slope aflopen; flauw hellend aflopend; glooien; hellen; overhellen; vervallen; voorover buigen; voorover hellen

Related Words for "helling":


Related Definitions for "helling":

  1. schuin aflopend vlak1
    • op de hellingen van de heuvels groeiden druiven1
  2. schuin aflopende werf voor schepen1
    • het schip moet op de helling1

Wiktionary Translations for helling:

helling
noun
  1. een glooiing in het landschap
helling
noun
  1. slant or slope
  2. sloping passage or incline
  3. sloping downward
  4. angle at which something is set
  5. inclined surface
  6. area of ground that tends evenly upward or downward
  7. degree to which a surface tends upward or downward
  8. mathematics

Related Translations for helling