Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. voegen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for voegde from Dutch to English

voegen:

voegen verb (voeg, voegt, voegde, voegden, gevoegd)

  1. voegen (bakstenen voegen)
    to flush; flush a wall
    mortar
    – plaster with mortar 1
    • mortar verb
      • mortar the wall1
    grout
    – bind with grout 1
    • grout verb
      • grout the bathtub1
  2. voegen (erbij doen; toevoegen)
    to add
    • add verb (adds, added, adding)
  3. voegen
    to join; to bring together
    – cause to become joined or linked 1
    • join verb (joins, joined, joining)
      • join these two parts so that they fit together1
    • bring together verb (brings together, brought together, bringing together)

Conjugations for voegen:

o.t.t.
  1. voeg
  2. voegt
  3. voegt
  4. voegen
  5. voegen
  6. voegen
o.v.t.
  1. voegde
  2. voegde
  3. voegde
  4. voegden
  5. voegden
  6. voegden
v.t.t.
  1. heb gevoegd
  2. hebt gevoegd
  3. heeft gevoegd
  4. hebben gevoegd
  5. hebben gevoegd
  6. hebben gevoegd
v.v.t.
  1. had gevoegd
  2. had gevoegd
  3. had gevoegd
  4. hadden gevoegd
  5. hadden gevoegd
  6. hadden gevoegd
o.t.t.t.
  1. zal voegen
  2. zult voegen
  3. zal voegen
  4. zullen voegen
  5. zullen voegen
  6. zullen voegen
o.v.t.t.
  1. zou voegen
  2. zou voegen
  3. zou voegen
  4. zouden voegen
  5. zouden voegen
  6. zouden voegen
diversen
  1. voeg!
  2. voegt!
  3. gevoegd
  4. voegend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

voegen [het ~] noun

  1. het voegen (bakstenen voegen)
    the flushing; the flushing a wall
  2. het voegen (muren voegen)
    the pointing

Translation Matrix for voegen:

NounRelated TranslationsOther Translations
flush blos; blozen; opvlieging; roodheid; spoeling; vapeur
flushing bakstenen voegen; voegen
flushing a wall bakstenen voegen; voegen
grout voegmiddel
join aanvoegen; join
mortar bik; gruis; macadam; metselkalk; metselspecie; mortel; mortier; puin; specie; split; steengruis; steenslag
pointing muren voegen; voegen metselwerk; voegwerk
VerbRelated TranslationsOther Translations
add erbij doen; toevoegen; voegen aanbouwen; aansluiten; aanvullen; bevatten; bijbouwen; bijdoen; bijgieten; bijleveren; bijrekenen; bijsluiten; bijtellen; bijvoegen; bijzetten; completeren; erbij tellen; erbij voegen; expanderen; inhouden; inschenken; intappen; neerzetten; openen; optellen; plaatsen; samenschikken; samentellen; schenken; serveren; tappen; toevoegen; toevoegen aan levering; uitbouwen; uitbreiden; uitdijen; verbreiden; vermeerderen; verruimen; verwijden; voltallig maken; zetten
bring together voegen bij elkaar brengen; bijeenbrengen; concentreren; samenbrengen
flush bakstenen voegen; voegen blozen; doorspoelen; doortrekken; gloeien; kleuren; rood worden; spoelen; wegspoelen
flush a wall bakstenen voegen; voegen
grout bakstenen voegen; voegen
join voegen aaneenlassen; aaneenschakelen; aansluiten; bij elkaar brengen; bijdoen; bijeen komen; bijeenbrengen; bijsluiten; bijvoegen; binden; bundelen; combineren; concentreren; deelnemen; een combinatie maken; erbij komen; erbij voegen; in de val laten lopen; knevelen; knopen; koppelen; lassen; meedoen; participeren; samenbrengen; samenkomen; samenvoegen; strikken; toevoegen; vastbinden; vastmaken; verbinden; zich voegen
mortar bakstenen voegen; voegen
AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
flush goed bij kas
ModifierRelated TranslationsOther Translations
join mede; mee

Related Words for "voegen":


Wiktionary Translations for voegen:

voegen
noun
  1. afwerken van metselwerk
voegen
verb
  1. insert mortar between tiles