Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. zwermen:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zwermend from Dutch to Spanish

zwermen:

zwermen verb (zwerm, zwermt, zwermde, zwermden, gezwermd)

  1. zwermen

Conjugations for zwermen:

o.t.t.
  1. zwerm
  2. zwermt
  3. zwermt
  4. zwermen
  5. zwermen
  6. zwermen
o.v.t.
  1. zwermde
  2. zwermde
  3. zwermde
  4. zwermden
  5. zwermden
  6. zwermden
v.t.t.
  1. heb gezwermd
  2. hebt gezwermd
  3. heeft gezwermd
  4. hebben gezwermd
  5. hebben gezwermd
  6. hebben gezwermd
v.v.t.
  1. had gezwermd
  2. had gezwermd
  3. had gezwermd
  4. hadden gezwermd
  5. hadden gezwermd
  6. hadden gezwermd
o.t.t.t.
  1. zal zwermen
  2. zult zwermen
  3. zal zwermen
  4. zullen zwermen
  5. zullen zwermen
  6. zullen zwermen
o.v.t.t.
  1. zou zwermen
  2. zou zwermen
  3. zou zwermen
  4. zouden zwermen
  5. zouden zwermen
  6. zouden zwermen
diversen
  1. zwerm!
  2. zwermt!
  3. gezwermd
  4. zwermend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

zwermen [de ~] noun, plural

  1. de zwermen (menigten; menigtes)
    la muchedumbres

Translation Matrix for zwermen:

NounRelated TranslationsOther Translations
muchedumbres menigten; menigtes; zwermen
VerbRelated TranslationsOther Translations
revolotear zwermen dwarrelen; kolken; naar beneden zweven; opwaaien; wervelen; wielen

Related Words for "zwermen":


Wiktionary Translations for zwermen:


Cross Translation:
FromToVia
zwermen pulular; hormiguear fourmiller — Traductions à trier suivant le sens

External Machine Translations: